Financiën

Actuele ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Actuele ontwikkelingen

In het coalitie akkoord “Handen uit de mouwen” zijn nieuwe afspraken opgenomen over het financieel beleidskader. Deze nieuwe afspraken betreffen aanpassingen van de schuldquote, solvabiliteit, investeringsplafond en het weerstandsvermogen.

De stad vraagt om investeringen om de sociale en economische structuur te versterken en toekomstige problematiek te voorkomen. Denk aan het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (IHP), de woningbouwopgave, mobiliteit of de Binnenstad. Een gezonde en stabiele financiële situatie is hierbij essentieel voor de continuïteit van ons beleid. In het coalitie akkoord is gekozen voor een aanpassing van de financiële doelstellingen waardoor enige ruimte ontstaat. Tegelijkertijd hebben wij een pakket aan (financiële) randvoorwaarden geformuleerd (zie hierna) waarmee de benodigde stabiele financiële structuur en continuïteit kan worden gewaarborgd. Dit is een pakket, dat in samenhang door ons geformuleerd is en dat wij de komende jaren ook in samenhang bewaken.

Schuldquote
Wij hechten eraan om de omvang van onze schulden beheersbaar te houden. Aan schulden zijn immers rentelasten en renterisico’s verbonden. In ons huidige financiële beleid streven wij naar een schuldquote (omvang schulden gerelateerd aan de omvang van onze begroting) van maximaal 100%. Onze schuldquote zit op dit moment iets onder deze norm. In het coalitie akkoord is afgesproken dat wij deze norm de komende jaren iets moeten verhogen tot een plafond van maximaal 110% om de noodzakelijke investeringen in onze stad mogelijk te maken, uiteraard zonder de omvang van de schulden daarbij uit de hand te laten lopen.

Solvabiliteit
In het coalitie akkoord is afgesproken om het nagestreefde solvabiliteitspercentage te verlagen tot een bandbreedte van 16 tot 20%, zonder daarbij de daaraan verbonden risico’s uit het oog te verliezen. Een solvabiliteit van minder dan 18% is alleen aan de orde als gevolg van het moeten inzetten van de reserve Sociaal Domein.

Investeringsplafond
Zoals gesteld staat onze stad aan de vooravond van een aantal noodzakelijke investeringen. In ons financiële beleid is een jaarlijks investeringsplafond vastgelegd van € 15 mln. per jaar. Wij hebben geconstateerd dat een plafond van deze omvang voldoende is om noodzakelijke vervangingsinvesteringen te doen, maar niet voldoende is om de investeringen te doen waar we nu mee geconfronteerd worden. In het coalitie akkoord is afgesproken om het investeringsplafond cumulatief over de jaren 2020 tot en met 2023 met in totaal € 25 miljoen te verhogen. Deze verruiming past binnen de hiervoor gestelde kaders over solvabiliteit en schuldquote.

Weerstandsvermogen/weerstandsratio
De incidentele financiële risico’s actualiseren we twee maal per jaar (inventarisatie risico’s in organisatie) en laten die door het accountantskantoor PwC via een kansberekening (de zgn. Monte Carlo-methode) vertalen in een minimaal benodigd vrij weerstandsvermogen. Dat vrije weerstandsvermogen gaat in de praktijk vooral om de Algemene reserve. PwC raamt in de meest recente rapportage de benodigde weerstandscapaciteit op € 4,7 miljoen, inclusief het Sociaal Domein.

De weerstandsratio is het getal dat weergeeft in welke mate het vrije weerstandsvermogen voldoende is om de omvang van de risico’s te kunnen afdekken.

Om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen is vastgesteld welke ratio de gemeente Vlaardingen nastreeft. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van onderstaande waarderingstabel.

Waardering Ratio weerstands-vermogen Betekenis
A 2,0 Uitstekend
B 1,5-1,9 Ruim voldoende
C 1,0-1,4 Voldoende
D 0,8-0,9 Matig
E 0,6-0,7 Onvoldoende
F < 0,6 Slecht

In het coalitie akkoord is gekozen een waardering B (ruim voldoende) als norm te hanteren. De Algemene reserve dient dan 1,5 tot 1,9 maal het via de Monte Carlo methode berekende risicoprofiel te bevatten. Zodra de ratio daalt onder 1,7 wordt bij Voorjaarsnota of begroting besproken of er maatregelen genomen moeten worden om de Algemene Reserve weer te versterken tot minimaal de ratio van 1,7.
Daarbij hebben wij ervoor gekozen de Algemene reserve nimmer lager te laten zijn dan € 15 mln. Daarmee voorkomen we dat een tijdelijk toenemend risicoprofiel (bijvoorbeeld door rijksbeleid) direct leidt tot een extra ombuigingsopdracht in de begroting. Zoals gesteld, een gezonde en stabiele financiële situatie is essentieel voor de continuïteit van ons beleid.

De begrotingssystematiek en het gevoerde budgetbeheer kan worden verbeterd. Dit gegeven, mede benoemd in het rapport van de interim gemeentesecretaris, vormt aanleiding tot het benoemen van dit speerpunt. Daarbij is tevens aandacht nodig voor rolverduidelijking en verbeteren van de samenwerking tussen bestuur en organisatie en de organisatieonderdelen onderling.

Aldus ontstaat ruimte om te komen tot meer beleidssturing. Er vindt op korte termijn een audit plaats van het financiële systeem en wordt inzichtelijk gemaakt welke huidige afspraken geactualiseerd moeten worden. Doel is te komen tot betere sturings- en beheersingsmogelijkheden.

Nieuw beleid

Terug naar navigatie - Nieuw beleid

Onroerende zaakbelasting
In het coalitie akkoord is opgenomen dat de onroerende zaak belasting (OZB) in 2020 met 6% extra wordt verhoogd naast de reguliere aanpassing aan de inflatie (1,5%). Dit levert een extra begrotingsruimte op van € 1 miljoen structureel. Deze extra middelen worden ingezet voor investeringen die wij doen in basisvoorzieningen (zoals onderwijshuisvesting) die van algemeen belang zijn voor de inwoners en bedrijven van Vlaardingen.

Ombuigingstaakstelling
Onze stad staat de komende jaren voor een aantal grote opgaven. Hiermee zijn grote uitgaven gemoeid. Helaas hebben wij moeten constateren dat onze meerjarenbegroting onvoldoende ruimte biedt om alle ontwikkelingen op te vangen. Wij zoeken daarom continu naar mogelijkheden om onze financiële slagkracht te vergroten. Wij kijken daarbij uiteraard naar alle opties. We kijken daarbij kritisch naar de efficiency van de uitvoering (doen we de dingen goed?) en naar nut en noodzaak van taken (doen we de goede dingen?). In het coalitie akkoord is daarom opgenomen om in 2020 bij de Voorjaarsnota voor € 1,5 miljoen structureel aan bezuinigingsmogelijkheden aan de gemeenteraad voor te leggen.

Afschaffing Precariobelasting kabels en leidingen nutsbedrijven
Met ingang van 1 juli 2017 is de precariobelasting op de aanwezigheid van kabels en leidingen van nutsbedrijven in gemeentegrond afgeschaft. Voor gemeenten die voor de datum waarop het wetsvoorstel voor afschaffing van de precariobelasting is aangekondigd, een verordening met tarief hadden vastgesteld voor precariobelasting op kabels en leidingen geldt een overgangstermijn tot 1 januari 2022. Dit is op de gemeente Vlaardingen van toepassing. Vanaf 2022 ontvangen wij daarom niet langer precariobelasting van waterleidingsbedrijf Evides.

Privaatrechtelijke overeenkomst kabels en leidingen
Netwerkbedrijf Stedin betaalt geen precariobelasting maar precariorecht op basis van een privaatrechtelijke overeenkomst, die voor onbepaalde tijd geldt. In lijn met het vervallen van de precariobelasting heeft Stedin eenzijdig aangekondigd de privaatrechtelijke overeenkomst per 1 januari 2022 te willen beëindigen. De wetgever heeft met de wetswijziging op de precariobelasting kabels en leidingen nutsbedrijven niet de privaatrechtelijke vergoedingen bedoeld. Eind 2019/begin 2020 bepaalt het college de te volgen strategie en de te nemen stappen ten aanzien van de opzegging.

Beleidsnota's

Terug naar navigatie - Beleidsnota's
Beleidsnota's Jaar
Richtlijn actieve informatieplicht 2013
Richtlijn begrotingsrechtmatigheid 2013
Treasurystatuut (actualisatie in 2019) 2013
Financieel beleidskader 2016
Nota reserves en voorzieningen 2016
Notitie leenschuld 2016
Financiële verordening Vlaardingen 2018
Nota waardering en activering 2018

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Ambitie 25 – Financiën

Terug naar navigatie - Ambitie 25 – Financiën

Vlaardingen heeft een financieel gezonde positie. De begroting van de gemeente Vlaardingen is structureel in evenwicht, waarbij de structurele lasten worden gedekt door structurele baten. De vermogenspositie is voldoende om de risico’s af te dekken. Via risicomanagement worden de risico’s jaarlijks geïnventariseerd en worden beheersmaatregelen genomen.

Zo gaan we dat doen

Verplichte indicatoren

Terug naar navigatie - Verplichte indicatoren
Financiën Bron R 2018 B 2018 B 2019 B 2020
Aanwezige weerstandscapaciteit (x € 1 miljoen) Jaarstukken en begroting 23,2 12,7 24,1 14,7
Noodzakelijle weerstandscapaciteit (x € 1 miljoen) Jaarstukken en begroting 7,6 12,3 6,3 4,7
Omvang leenschuld (x € 1 miljoen) Jaarstukken en begroting 245 255 265 250

De aanwezige weerstandscapaciteit 2020 wordt gepresenteerd door de prognose voor de stand van de Algemene reserve eind 2020 (= € 22 miljoen).

Via de resultaatbestemming bij de jaarrekening 2018 is € 321.000 onttrokken aan de Algemene reserve. De stand van de Algemene reserve na vaststelling van de jaarrekening 2018 is € 22,7 miljoen.

In de meerjarenbegroting 2020-2023 worden geen toevoegingen aan de algemene reserve geraamd. In het coalitie akkoord is opgenomen dat de beschikbare spaarbedragen worden ingezet voor nieuwe beleidsimpulsen.

Verbonden partijen

Terug naar navigatie - Verbonden partijen
Regionale Belasting Groep (RBG)
Het heffen en invorderen van de gemeentelijke belastingen en heffingen en het uitvoeren van de werkzaamheden in het kader van de Wet Waardering onroerende zaken.

Financieel deel programma Financiën

Terug naar navigatie - Financieel deel programma Financiën
Baten en lasten meerjarig (x € 1.000) 2020 2021 2022 2023
Lasten
- lokale belastingen 1.345 1.345 1.345 1.345
- vennootschapsbelasting (Vpb) 0 0 0 0
- financiering 5.492 4.955 4.244 4.479
- onvoorzien 25 25 25 25
- overig 346 346 346 346
Baten
- lokale belastingen 20.622 20.622 20.242 20.242
- algemene uitkering 155.264 155.659 154.306 155.519
- dividend 1.568 1.568 1.568 1.568
- financiering 6.398 6.685 6.556 6.531
- overig 24 24 24 24
Saldo van baten en lasten -176.669 -177.888 -176.736 -177.690
Toevoegingen reserves 0 0 0 0
Onttrekkingen reserves 5.775 4.655 4.796 3.774
Geraamd resultaat -182.444 -182.542 -181.532 -181.464

Zie voor de specificatie van de meerjarenraming 2020 - 2023 het financieel deel van deze begroting.

Reserves (x € 1.000) 1/1/'20 + - 31/12/'20
Algemene Reserve 21.623 0 6.875 14.748
Totaal reserves 21.623 0 6.875 14.748

Algemene reserve
De Algemene reserve heeft door de positieve rekeningsaldi van de afgelopen jaren vanaf 2015 een positief saldo. De komende jaren verwachten wij geen verdere groei van de Algemene reserve. In het coalitie akkoord is namelijk afgesproken om de spaarbedragen in te zetten voor nieuw beleid. Er is een absolute ondergrens afgesproken van € 15 miljoen.

De geraamde onttrekking van € 6,8 miljoen betreft een bedrag van € 1 miljoen voor de realisatie van 2000 extra woningen, € 100.000 voor verwerving van externe subsidies (beiden op basis van het coalitie akkoord) en het restant is ter dekking van het geraamde tekort.

Investeringen
De komende jaren zijn er in dit programma geen investeringen gepland.