Jaarrekening

Balans per 31 december 2019

Balans per 31-12-2019

Terug naar navigatie - Balans per 31-12-2019
ACTIVA (bedragen x € 1.000) 31-12-2019 1-1-2019 31-12-2018 PASSIVA (bedragen x € 1.000) 31-12-2019 1-1-2019 31-12-2018
Vaste activa Vaste passiva
Immateriële vaste Activa 78 - - Eigen vermogen 41.093 51.161 85.230
Investeringen 78 - Algemene reserve 21.020 22.994
Bestemmingsreserves 22.342 19.021 53.090
Materiële vaste Activa 301.046 310.651 310.651 Gerealiseerd resultaat 2018 - 9.146
Investeringen economisch nut 112.828 115.719 Gerealiseerd resultaat 2019 -2.267 -
Investeringen economisch nut, waarvoor
heffingen geheven worden 14.737 16.245 Voorzieningen 17.077 16.727 16.727
Investering maatschappelijk nut 57.183 55.182 Voorz. voor verplichtingen c.a. 8.614 8.732
Erfpachtgronden 116.298 123.506 Voorz. specifieke aanwending - -
Voorz. beklemde gelden 8.463 7.995
Financiële vaste activa 8.621 9.147 9.147
Kapitaalverstrekkingen: Vaste schulden 274.069 279.070 245.001
Deelnemingen 379 379 Binnenlandse banken 240.000 245.001
Gemeenschappelijke regelingen 1.196 1.196 Afgekochte erfpachtcanons 34.069 34.069
Leningen:
Overige leningen 1.140 1.452 Totaal vaste passiva 332.238 346.958 346.958
Overige uitzettingen 5.906 6.119
Vlottende passiva
Totaal vaste activa 309.745 319.798 319.798 Netto vlottende schulden 8.554 10.784 10.784
Kasgeldleningen o/g - -
Vlottende activa Banksaldi debet - 36
Voorraden 16.572 14.526 14.526 Overige schulden 8.554 10.748
Onderh werk w.o. bouwgrond in exploitatie 16.442 14.348
Gereed product en handelsgoederen 130 178 Overlopende passiva 24.151 12.029 12.029
Nog te betalen bedragen 15.228 10.759
Uitzettingen < 1 jaar (debiteuren) 34.967 32.465 32.465 Voorschotbedragen met specifiek
Vorderingen openbare lichamen 12.378 11.926 bestedingsdoel, onvangen van:
Uitzettingen 's Rijks schatkist 17.574 18.026 Europese overheidslichamen - 583
Rekening courant Niet-financiële instelling 32 - Het Rijk 7.696 297
Rekening courant soc voorzieningsfonds - overige Nederlandse overheidslichamen 144
Overige vorderingen 4.984 2.513 Overige vooruit ontvangen bedragen 1.083 391
Overige uitzettingen -
Liquide middelen 200 375 375
Kas 125 52
Bank 76 323
Waarborgsommen -
Overlopende activa 3.456 2.606 2.606
Nog te ontvangen van:
Europese overheidslichamen -
Het Rijk - 18
overige Nederlandse overheidslichamen 151 22
Overige nog te ontv en vooruitbet bedragen 3.305 2.566
Totaal vlottende activa 55.196 49.972 49.972 Totaal vlottende passiva 32.704 22.812 22.812
Totaal activa 364.942 369.770 369.770 Totaal passiva 364.942 369.770 369.770
De gemeente Vlaardingen doet geen recht gelden op verliescompensatie krachtens de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 Voor de gegarandeerde geldleningen wordt verwezen naar het overzicht Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening

Overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten
Bedragen x € 1.000 Realisatie 2018 Primaire begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Realisatie 2019 Verschil begroting-realisatie
Totaal lasten en baten
Lasten 266.146 250.988 266.895 276.306 -9.616
Baten 270.455 249.038 260.926 267.657 6.731
Saldo van baten en lasten 4.309 -1.949 -5.969 -8.649 -2.885
Toevoeging reserves 10.284 1.940 2.914 2.584 330
Onttrekking reserves 15.122 3.889 8.426 8.967 540
Saldo reservemutaties 4.838 1.949 5.512 6.382 870
Resultaat 9.147 0 -457 -2.267 -2.015
Programma Bestuur, dienstverlening en participatie
Lasten 55.040 35.435 37.870 -33.336 -34.333
Baten 4.630 2.099 3.537 846 846
Saldo van baten en lasten -50.409 -33.336 -34.333 910 2.023
Toevoeging reserves 2.053 846 846 64 1.178
Onttrekking reserves 2.653 910 2.023 -33.272 -33.155
Saldo reservemutaties 601 64 1.178 0 0
Resultaat -49.809 -33.272 -33.155 0 0
Programma Veiligheid en handhaving
Lasten 5.953 6.900 9.200 8.896 304
Baten 430 1.169 69 77 8
Saldo van baten en lasten -5.523 -5.731 -9.131 -8.819 312
Toevoeging reserves 0 0 0 0 0
Onttrekking reserves 0 30 150 0 -150
Saldo reservemutaties 0 30 150 0 -150
Resultaat -5.523 -5.701 -8.981 -8.819 162
Programma Groen en milieu
Lasten 20.261 22.355 23.685 24.058 -373
Baten 24.395 19.209 18.731 19.994 1.263
Saldo van baten en lasten 4.135 -3.146 -4.953 -4.064 890
Toevoeging reserves 23 23 23 23 0
Onttrekking reserves 105 0 340 316 -24
Saldo reservemutaties 82 -23 317 293 -24
Resultaat 4.216 -3.169 -4.637 -3.771 866
Programma Verkeer en mobiliteit
Lasten 10.469 13.643 11.735 11.329 406
Baten 2.779 2.210 2.210 2.808 598
Saldo van baten en lasten -7.689 -11.433 -9.525 -8.521 1.004
Toevoeging reserves 763 200 200 200 0
Onttrekking reserves 145 0 0 0 0
Saldo reservemutaties -618 -200 -200 -200 0
Resultaat -8.308 -11.633 -9.725 -8.721 1.004
Programma Wonen
Lasten 12.066 7.981 9.321 12.227 -2.906
Baten 23.073 6.592 8.180 12.499 4.319
Saldo van baten en lasten 11.007 -1.389 -1.141 272 1.413
Toevoeging reserves 902 0 0 877 -877
Onttrekking reserves 2.777 1.384 2.006 614 -1.392
Saldo reservemutaties 1.875 1.384 2.006 -263 -2.269
Resultaat 12.882 -5 865 9 -856
Programma Onderwijs, economie en haven
Lasten 18.101 14.436 19.071 18.179 892
Baten 6.244 5.278 9.253 8.603 -650
Saldo van baten en lasten -11.858 -9.158 -9.818 -9.577 242
Toevoeging reserves 0 0 0 17 -17
Onttrekking reserves 2.488 100 640 640 0
Saldo reservemutaties 2.488 100 640 623 -17
Resultaat -9.370 -9.058 -9.178 -8.954 225
Programma Sociaal domein
Lasten 126.000 129.360 134.495 137.544 -3.048
Baten 37.293 35.398 36.871 37.370 499
Saldo van baten en lasten -88.707 -93.962 -97.624 -100.174 -2.550
Toevoeging reserves 1.616 847 2.180 934 1.246
Onttrekking reserves 6.204 1.308 2.435 3.650 1.215
Saldo reservemutaties 4.588 461 255 2.716 2.461
Resultaat -84.119 -93.501 -97.369 -97.458 -89
Programma Kunst en cultuur
Lasten 5.110 7.083 7.477 7.823 -347
Baten 798 783 725 670 -55
Saldo van baten en lasten -4.312 -6.300 -6.752 -7.153 -402
Toevoeging reserves 974 0 0 7 -7
Onttrekking reserves 566 157 607 776 169
Saldo reservemutaties -408 157 607 769 162
Resultaat -4.721 -6.143 -6.145 -6.384 -239
Programma Sport en recreatie
Lasten 5.024 5.717 6.406 6.295 111
Baten 782 1.309 1.309 824 -485
Saldo van baten en lasten -4.242 -4.408 -5.097 -5.471 -373
Toevoeging reserves 0 0 0 0 0
Onttrekking reserves 184 0 225 225 0
Saldo reservemutaties 184 0 225 225 0
Resultaat -4.058 -4.408 -4.872 -5.246 -373
Programma Financiën
Lasten 8.123 8.078 7.635 6.930 499
Baten 170.031 174.991 180.040 180.845 805
Saldo van baten en lasten 161.908 166.913 172.405 173.915 1.305
Toevoeging reserves 3.953 24 -335 -320 -15
Onttrekking reserves 0 0 0 0 0
Saldo reservemutaties -3.953 -24 335 320 -15
Resultaat 157.955 166.889 172.740 174.234 1.290

Nadere specificatie baten en lasten, inclusief inzicht in overhead

Terug naar navigatie - Nadere specificatie baten en lasten, inclusief inzicht in overhead
bedragen x € 1.000 Raming 2019 voor wijziging Raming 2019 na wijziging Realisatie 2019
Omschrijving algemene dekkingsmiddelen Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo
Bestuur, dienstverlening en participatie 957 6.681 -5.724 1.750 9.660 -7.910 1.807 11.727 -9.920
Veiligheid en handhaving 1.169 6.900 -5.731 69 9.200 -9.131 77 8.896 -8.819
Groen en milieu 19.209 22.355 -3.146 18.731 23.685 -4.954 19.994 24.058 -4.064
Verkeer en mobiliteit 2.210 13.643 -11.433 2.210 11.735 -9.525 2.808 11.329 -8.521
Wonen 6.592 7.981 -1.389 8.180 9.321 -1.141 12.499 12.227 272
Onderwijs, economie en haven 5.278 14.436 -9.158 9.253 19.071 -9.818 8.603 18.179 -9.576
Sociaal domein 35.398 129.360 -93.962 36.871 134.495 -97.624 37.370 137.544 -100.174
Kunst en cultuur 783 7.083 -6.300 725 7.477 -6.752 670 7.823 -7.153
Sport en recreatie 1.309 5.717 -4.408 1.309 6.406 -5.097 824 6.295 -5.471
Subtotaal programma's 72.905 214.156 -141.251 79.098 231.050 -151.952 84.652 238.078 -153.426
Algemene dekkingsmiddelen:
Lokale heffingen 19.039 1.285 17.754 19.839 1.326 18.513 19.882 1.262 18.620
Algemene uitkeringen 147.850 - 147.850 151.790 - 151.790 152.357 - 152.357
Dividend 390 - 390 390 - 390 821 - 821
Saldo financieringsfunctie 6.221 6.132 89 6.221 6.132 89 6.201 6.121 80
Overige algemene dekkingsmiddelen 1.491 661 830 1.800 177 1.623 1.584 -453 2.037
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen 174.991 8.078 166.913 180.040 7.635 172.405 180.845 6.930 173.915
Gerealiseerde kosten van overhead 1.142 28.754 -27.612 1.787 28.210 -26.423 2.160 31.298 -29.138
Vennootschapsbelasting - 100 -100 - - - - 3 -3
Gerealiseerd saldo van baten en lasten 249.038 251.088 -2.050 260.925 266.895 -5.970 267.657 276.309 -8.652
Toevoeging/onttrekking aan reserves:
Bestuur, dienstverlening en participatie 910 846 64 2.023 846 1.177 2.745 846 1.899
Veiligheid en handhaving 30 - 30 150 - 150 - - -
Groen en milieu - 23 -23 340 23 317 316 23 293
Verkeer en mobiliteit - 200 -200 - 200 -200 - 200 -200
Wonen - 1.384 -1.384 - 2.006 -2.006 614 877 -263
Onderwijs, economie en haven 100 - 100 640 - 640 640 17 623
Sociaal domein 1.308 847 461 2.435 2.180 255 3.650 934 2.716
Kunst en cultuur 157 - 157 607 - 607 776 7 769
Sport en recreatie - - - 225 - 225 225 - 225
Financiering / Algemene dekkingsmiddelen - 24 -24 - -335 335 - -320 320
Subtotaal mutaties reserves 2.505 3.324 -819 6.420 4.920 1.500 8.966 2.584 6.382
Gerealiseerd resultaat 251.543 254.412 -2.869 267.345 271.815 -4.470 276.623 278.893 -2.270

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten-gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. De kosten van de persoonsgebonden budgetten, zorg in natura en jeugdzorg maken deel uit van de bijdragen die Vlaardingen doet aan ROGplus en de gemeenschappelijke regeling jeugd. Deze bijdragen zijn in onze jaarcijfers opgenomen op basis van de concept-jaarrekening 2019 van ROGplus en de gemeenschappelijke regeling jeugd zoals deze eind mei 2020 bij ons bekend waren.

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

De Jaarstukken worden opgesteld in overeenstemming met de volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) aanvaarde verslaggevingsregels. De balans wordt ingedeeld volgens het model dat door het BBV voorgeschreven wordt.

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

De vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Onder de overige kosten kunnen de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het activum kan worden toegerekend begrepen zijn.
De ontvangen bijdragen van derden, die in directe relatie staan tot een bepaald activum, worden in mindering gebracht op dat activum.
De activa met relatief geringe betekenis c.q. waarde (minder dan € 5.000) worden rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht. Kosten voor onderhoud of renovatie worden niet geactiveerd, tenzij de investering bijdraagt aan de verlenging van de economische en/of technische levensduur van activa.
Op vaste activa met een beperkte gebruiksduur (materieel en immaterieel) wordt jaarlijks lineair afgeschreven op basis van de verwachte toekomstige gebruiksduur. De afschrijvingstermijnen voor de materiële en immateriële vaste activa zijn vastgelegd in de Richtlijn waardering en activering 2018.

Investeringen met een economisch nut

De activa in de categorieën gronden en terreinen, woonruimten en bedrijfsgebouwen betreffen met name vastgoedobjecten. Een groot deel hiervan heeft een maatschappelijke functie (niet te verwarren met maatschappelijk nut, zoals hierna bedoeld). Ten aanzien van het afschrijvingsbeleid van deze vastgoedobjecten is een ander regime van toepassing dan van het vastgoed met een bedrijfseconomische functie.
Wanneer de marktwaarde van vastgoed met een bedrijfseconomische functie lager is dan de boekwaarde stelt het college de raad via de jaarrekening voor om een extra afschrijving (afwaardering) toe te passen. Op vastgoed met een maatschappelijke functie is afwaardering niet van toepassing.
In de Richtlijn waardering en activering 2018 is aangeduid welk type vastgoed een maatschappelijke dan wel een bedrijfseconomische functie heeft.

Investeringen met een maatschappelijk nut

Het betreft hier investeringen in de openbare ruimte, zoals reconstructies van wegen, civieltechnische kunstwerken, reconstructie van groenvoorzieningen, openbare verlichting en verkeersinstallaties. Tot 2017 liet het BBV de keuze aan de gemeenten om investeringen met een maatschappelijk nut (met uitzondering van kunstvoorwerpen met cultuurhistorische waarde) wel of niet te activeren. Met ingang van 2017 verplicht het BBV de gemeenten tot activering van deze investeringen. Deze nieuwe verplichting heeft een beperkt effect voor het Vlaardings activeringsbeleid. Zie in dit kader punt 4 bij het voorstel bij deze Jaarstukken.

Erfpachtgronden

De commissie BBV heeft in mei 2017 de Notitie Erfpacht opgesteld. Aanleiding hiertoe zijn de vele vragen die de commissie BBV bereiken. In deze notitie zijn enkele stellige uitspraken opgenomen betreffende stelselwijziging. Onderstaande grondslagen voor waardering c.a. van de erfpachtgronden, evenals de wijze van verwerking van ontvangen afkoopsommen zijn in overeenstemming met deze notitie.
Gronden die in erfpacht zijn uitgegeven worden gewaardeerd tegen de uitgifteprijs van eerste uitgifte. Het bepalen van de vervaardigingsprijs van gronden uitgegeven in erfpacht zou betekenen dat de kostprijs bepaald moet worden. Het bepalen van de kostprijs per kavel is echter zo bewerkelijk dat voor erfpacht een uitzondering is bepaald door te stellen dat gronden in erfpacht uitgegeven worden gewaardeerd tegen uitgifteprijs bij eerste uitgifte. In het geval dat de eerste uitgifteprijs niet (meer) bekend is, wordt gerekend met de eerst bekende uitgifteprijs.
Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde. Het economisch eigendom berust namelijk in het geval van eeuwigdurende erfpacht niet meer bij de gemeente. De waardering van deze objecten wordt niet geheel op nihil gesteld, maar op een registratiewaarde van € 1 per m2. De reden hiervoor is dat het van belang is dat de gemeente de registratie van deze gronden blijft voeren.
De erfpachtgronden worden gerubriceerd aan de activazijde van de balans onder de materiële vaste activa, in de toelichting wordt een mutatieoverzicht opgenomen over het huidige boekjaar.
Aan de passivazijde van de balans onder de vaste schulden worden de afgekochte erfpachtsommen opgenomen voor zover ze nog niet vrijgevallen zijn. Jaarlijks valt het gedeelte van de afgekochte erfpachtsommen vrij ten gunste van de programmarekening wat conform de duur van de verschillende erfpachtcontracten in dat jaar is verstreken.

Stelselwijziging verantwoording afgekochte erfpachtkavels
Vlaardingen heeft een grote erfpachtportefeuille. Een deel van de contracten is afgekocht (vooruitbetaald voor een bepaalde periode). Er zijn vanuit het BBV twee verschillende methoden die gehanteerd mogen worden om deze vooruitontvangen bedragen te verantwoorden in de balans:

1. De reguliere methode. Hierbij worden de vooruitontvangen bedragen onder de vaste schulden in de balans gerangschikt. Ieder jaar valt een bedrag vrij in de exploitatie voor het vervallen deel van de afgekochte periode.
2. De financieringsmethode. Hierbij worden de ontvangen afkoopsommen als gerealiseerd beschouwd en in een bestemmingsreserve gestort. De bestemmingsreserve moet hierbij qua omvang gelijke tred houden met de boekwaarde van de betreffende kavels waarvan de canons zijn afgekocht. Er vindt bij deze methode geen jaarlijkse vrijval ten gunste van de rekening van baten en lasten plaats. De reserve zou hierdoor namelijk lager worden dan de boekwaarde van de betreffende erfpachtkavels. De bestemmingsreserve is hierdoor beklemd en dus niet vrij besteedbaar en maakt daardoor geen onderdeel uit van het weerstandsvermogen.

We hebben vanaf 2013 de financieringsmethode gehanteerd. We hebben deze methode echter niet geheel correct toegepast. Bij deze methode dient de reservepositie gelijke tred te houden met de omvang van de boekwaarde van de betreffende kavels waarvan de canons zijn afgekocht. Van deze gelijke omvang is in de balans echter geen sprake. De boekwaarde van de kavels waarvan de canons zijn afgekocht bedraagt momenteel bijna € 78 miljoen. De reserves die hier tegen over staan bedroegen op 1 januari 2019 € 35,5 miljoen. Toepassing van het financieringsmodel zou betekenen dat deze bestemmingsreserves opgehoogd moeten worden van € 35,5 naar € 78 miljoen. Dit is financieel niet haalbaar. Vanaf de jaarstukken 2019 passen wij om deze reden de reguliere verantwoordingsmethode toe. Dit betekent dat we de beide bestemmingsreserves voor in totaal € 35,5 miljoen per 1 januari 2019 in de balans hebben geherrubriceerd naar de vaste schulden. De jaarlijkse vrijval van de afkoop van ongeveer € 1,4 miljoen per jaar wordt met ingang van 2019 als reguliere bate ten gunste van de rekening van baten en lasten geboekt en niet meer als onttrekking aan een bestemmingsreserve.

Deze wijziging in de wijze van verantwoording betreft zuiver een presentatiekwestie en heeft geen gevolgen voor de omvang van het resultaat en het onbeklemde deel van het eigen vermogen.

Kapitaalverstrekkingen

Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Deelnemingen

Deelnemingen in het aandelenkapitaal van N.V.’s en B.V.’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs, dan zal afwaardering plaatsvinden. Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen In het boekjaar waarin de besluitvorming heeft plaatsgevonden.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Voorraden

De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn als gevolg van de eerder genoemde BBV wijziging per 1 januari 2017 gerubriceerd onder de materiële vaste activa.

De grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde.

De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde, eventueel vermindert met een voorziening voor  verliezen. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken), evenals een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

De waardering van de bouwgronden vindt plaats per grondexploitatiecomplex. De complexindeling is gebaseerd op de bij de besluitvorming gehanteerde indeling.

Vorderingen

Vorderingen worden gewaardeerd op nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid.

Overlopende activa

Met ingang van 2008 worden de van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen bedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, afzonderlijk verantwoord onder de overlopende activa.

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit de Algemene reserve, de bestemmingsreserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Het resultaat wordt afzonderlijk opgenomen als onderdeel van het eigen vermogen. Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven. Als weerstandscapaciteit wordt aangemerkt de Algemene reserve.

Voorzieningen

Voorzieningen worden gevormd wegens:

  1. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten.
  2. op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten.
  3. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.
  4. het betreft investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
  5. van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.

Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.

Vaste schulden

Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente-typische looptijd van één jaar of langer.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Terug naar navigatie - Niet uit de balans blijkende verplichtingen

In de toelichting op de balans worden belangrijke niet in de balans opgenomen financiële verplichtingen vermeld waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is verbonden (bijvoorbeeld langlopende huurcontracten en leasecontracten). Hieronder vallen ook de borgstellingen van aan natuurlijke en rechtspersonen verstrekte borgstellingen of garanties.

Overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten

Dit overzicht geeft de omvang weer van alle baten en lasten en het saldo daarvan. Het saldo van baten en lasten wordt verhoogd met door de raad in 2019 of eerder geautoriseerde onttrekkingen uit de reserves en verlaagd met toevoegingen aan de reserves. De uitkomst is het gerealiseerde resultaat en wordt afzonderlijk weergegeven in de balans.

Na vaststelling van de Jaarstukken 2019 wordt dit gerealiseerd resultaat, na aftrek van raadsbesluiten tot bestemmingen, toegevoegd aan de Algemene reserve.

Toelichting op de balans

A. Vaste activa

Terug naar navigatie - A. Vaste activa

De vaste activa zijn onder te verdelen als volgt:

  • Immateriële vaste activa
  • Materiële vaste activa (kosten voor tastbare investeringen én erfpachtgronden)
  • Financieel vaste activa (verstrekte leningen aan derden)

A.1 Materiële vaste activa

Terug naar navigatie - A.1 Materiële vaste activa

De totale waarde van de vaste activa is in 2019 met € 9,4 miljoen (2018 € 4,1 mln) afgenomen. Door nieuwe investeringen, na aftrek van subsidiebijdragen, is sprake van een toename van € 13,2 miljoen (2018 € 11,4 miljoen). De afschrijvingen en desinvesteringen (sloop en verkoop) hebben € 20,6 miljoen bedragen. Afwaardering van gronden hebben de boekwaarde met € 2,2 miljoen verlaagd. In de volgende tabel is per hoofdcategorie het verloop van de boekwaarde weergegeven.

Materiële Vaste Activa Boekwaarde 31-12-2018 Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Bijdragen van derden Afwaardering Boekwaarde 31-12-2019
bedragen x € 1.000
Materiële Vaste Activa 310.652 14.627 9.570 10.994 1.454 2.215 301.046
Investeringen met economisch nut 115.719 8.559 2.342 5.917 977 2.215 112.828
Gronden en terreinen 8.796 - 4 26 2.215 6.551
Woonruimten 1.193 - 542 80 571
Bedrijfsgebouwen 98.918 7.962 1.796 4.114 977 99.993
Vervoermiddelen 585 - 177 408
Automatiseringsapparatuur 2.565 554 1.016 2.103
Machines en apparaten 2.708 43 352 2.398
Overige 954 - 150 804
Investeringen waarvoor heffing kan worden geheven 16.245 833 2.295 46 14.737
Rioleringswerken 11.798 244 1.801 10.241
Containers afvalverwijdering 4.447 589 494 46 4.496
Investeringen met maatschappelijk nut 55.182 5.215 2.783 431 57.183
Grond- weg- en waterbouwkundige werken 54.308 5.118 2.698 334 56.394
Groenvoorzieningen 874 97 84 97 790
In erfpacht uitgegeven grond 123.506 20 7.228 116.298
In erfpacht uitgegeven grond 123.506 20 7.228 116.298

A.1.1 Gronden en terreinen, woonruimten en bedrijfsgebouwen

Er wordt onderscheid gemaakt tussen vastgoedobjecten met een maatschappelijk nut en met een bedrijfseconomisch nut. Reden hiervoor is de verplichting dat de boekwaarde van vastgoedobjecten met een bedrijfseconomisch nut niet hoger mogen zijn dan de marktwaarde. Indien dat wel het geval is, dan moet de waarde worden bijgesteld met een afwaardering tot gevolg. Binnen deze drie categorieën van de materiële vaste activa zijn ook de boekwaarden van de voormalige niet in exploitatie genomen gronden opgenomen.

Het totaal van de boekwaarden betreffende gronden en terreinen, woonruimten en bedrijfsgebouwen bedraagt € 107,1 miljoen. Onderstaand is een gespecificeerde overzicht opgenomen. Het vastgoed dat een maatschappelijke functie heeft, heeft de bestuurlijke intentie om langdurig als zodanig te exploiteren.

Onderstaand een gespecificeerd overzicht:

Omschrijving bedragen x € 1.000 Bedrijfseconomische functie Maatschappelijke functie Voormalige NIEGG's Totaal
Gronden en terreinen 1.458 2.276 2.815 6.549
Woonruimten 474 97 571
Bedrijfsgebouwen 62 98.130 1.803 99.995
Totaal 1.994 100.406 4.715 107.115

A.1.2 Erfpachtgronden

Erfpacht is het zakelijke recht om het volle genot van een onroerende zaak te hebben tegen betaling van een vastgestelde geldsom (canon). Erfpacht rust meestal op grond, waarop huizen of bedrijven zijn gebouwd. Na afloop van het contract vervalt het gebruiksrecht weer aan de gemeente, die dan opnieuw kan beslissen wat er met de grond gebeurt. Vlaardingen kent drie verschillende soorten erfpachters: zij die jaarlijks canon betalen voor een bepaalde tijd, zij die jaarlijks canon betalen voor een onbepaalde tijd (eeuwigdurend) en zij die voor een bepaalde tijd hun erfpacht hebben afgekocht. Canonbetalers hebben te maken met een periodieke verhoging van hun canon op basis van de prijsindex.

Nagenoeg alle grond in Vlaardingen werd sinds de 19e eeuw in erfpacht uitgegeven. De laatste jaren is gestart met het bieden van de mogelijkheid aan de gebruikers van de grond om de grond in eigendom te verwerven.

De boekwaarde per 31-12-2019 van alle erfpachtgronden bedraagt € 116,3 miljoen. De uitsplitsing naar de genoemde drie categorieën is op moment van dit concept nog niet bekend. Hier wordt nog onderzoek naar gedaan. Onderstaand een nadere duiding van de opgenomen bedragen:

Omschrijving bedragen x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2018 Verkoop bloot eigendom Nieuwe uitgiftes Mutaties tussen contracten Overige mutatie Boekwaarde 31/12/2019
Jaarcanons, eeuwigdurend 477 536 1.013
Jaarcanons, bepaalde tijd 45.181 -7.598 37.583
Afgekochte canon 77.848 -146 77.702
Totaal 123.506 - - - -7.208 116.298

A.2 Financiële vaste activa

Terug naar navigatie - A.2 Financiële vaste activa

De financiële vaste activa worden onderverdeeld in de volgende categorieën: kapitaalverstrekkingen, leningen aan verbonden partijen, overige langlopende leningen en overige uitzettingen. Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting verstrekt namens de gemeente leningen aan starters in de woningmarkt en aan verenigingen van eigenaren in verband met particuliere woningverbetering. Gemeente Vlaardingen leent daartoe bedragen aan het fonds.

In het volgende overzicht wordt de omvang weergegeven:

Financiële Vaste Activa bedragen x € 1.000 Boekwaarde 31-12-2018 Afschrijving/aflossing Aankoop/verkoop Boekwaarde 31-12-2019
Totaal Financiële Vaste Activa 9.147 525 - 8.621
Kapitaalverstrekkingen/deelnemingen 1.575 - - 1.575
BNG 34 34
Evides 245 245
Irado 1.196 1.196
Stadsherstel 100 100
Overige langlopende leningen 1.452 312 1.140
Hypotheken ambtenaren 1.092 132 960
Lening dierentehuis 360 180 180
Overige uitzettingen > 1 jaar 6.120 213 5.906
Stimuleringsfonds VHV, Revolving fund:
a. Startersleningen 2.269 2.269
b. Particuliere woningverbetering 3.851 213 3.637

B.1 Voorraden

Terug naar navigatie - B.1 Voorraden

Voor een nadere toelichting op de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid en de toelichting in het programma wonen.  De post voorraden wordt als volgt gespecificeerd:

Voorraden Boekwaarde 31-12-2018 Investeringen Desinvesteringen (tussentijdse) Winstneming Boekwaarde 31-12-2019
Onderhanden werk: 14.348 3.898 2.379 576 16.443
- bouwgronden in exploitatie 21.855 4.424 2.379 576 24.476
- voorziening, waardecorrectie -7.507 -526 -8.033
Gereed product en handelsgoederen 178 48 130
Totaal 14.526 3.898 2.427 576 16.573

B.1.1.A Onderhanden werk bouwgronden in exploitatie

Op grond van artikel 52 BBV dient per complex een overzicht te worden opgenomen van zowel de realisaties in het jaar als de nog te verwachten kosten en opbrengsten en het daaruit volgende eindresultaat. Onderstaand volgen deze overzichten per complex:

Complex (bedragen x € 1.000) Boekwaarde 1-1-2019 Vermeerdering in 2019 Vermindering in 2019 Winstneming Boekwaarde 31-12-2019, excl. Voorziening Voorziening 31-12-2019 Boekwaarde incl. voorziening 31-12-2019
Park Drieënhuyzen -1.295 427 25 100 -793 -793
Vergulde Hand west fase 1 2.399 79 123 2.355 2.355
Marathonweg noord ZZ 5.174 222 5.396 -882 4.514
Stationsgebied centrum 3.893 165 891 3.167 -1.055 2.112
Schiereiland 5.177 249 5.426 -2.850 2.576
Vrije kavels Hollandiaanpad -251 10 481 280 -442 -442
De Buitenplaats Van Ruytenburch -497 1.568 21 1.050 -761 289
De Nieuwe Vogelbuurt (vm Holy ZO) 120 451 571 -352 219
De Eilanden -166 5 3 166 2 2
Centrum Westwijk Nieuw 4.000 293 690 30 3.633 3.633
Babberspolder oost totaal 3.297 810 4.107 -2.133 1.974
Totaal 21.851 4.279 2.234 576 24.472 -8.033 16.439

B.1.1.B Voorziening, waardecorrectie

Voorzieningen worden getroffen ingeval een grondexploitatie een negatieve eindwaarde heeft. Bij zeven grondexploitaties is dat het geval met een totaal aan verwachte eindwaarde van € 8,2 miljoen negatief.
De voorziening voor de grondexploitatie De Nieuwe Vogelbuurt (vm. Holy Zuid-oost) bedraagt in totaal € 1.306.000, waarvan € 352.000 hier is opgenomen omdat een verliesvoorziening voor zover mogelijk met de boekwaarde van de betreffende grondexploitatie moet worden gesaldeerd. Het meerdere (€ 954.000) wordt aan de passiefzijde van de balans onder de voorzieningen gepresenteerd.

Tussentijdse winstnemingen vinden met ingang van boekjaar 2017 plaats op grond van de POC-methode. Deze tussentijdse winstnemingen worden als negatieve baat ten laste van de boekwaarde gebracht. Indien de berekende eindwaarde op grondexploitaties negatief is, wordt hiervoor een (aanvullende) voorziening getroffen.

In onderstaande tabel is de boekwaarde per grondexploitatie per 31 december 2019 opgenomen én de nog te maken kosten en te realiseren opbrengsten in de jaren na 2019 waarmee de verwachte eindwaarde wordt getoond.

Complex (bedragen x € 1.000) Boekwaarde 31-12-2019, excl. Voorziening Nog te maken kosten Nog te realiseren opbrengsten Eindwaarde
Positief Negatief
Park Drieënhuyzen -793 686 130
Vergulde Hand west fase 1 2.355 311 3.750 792
Marathonweg noord ZZ 5.396 2.768 7.774 -882
Stationslocatie centrum 3.167 1.393 3.709 -1.055
Schiereiland 5.426 1.646 5.011 -2.850
Vrije kavels Hollandiaanpad -442 135 243 569
De Buitenplaats Van Ruytenburch 1.050 285 572 -761
De Nieuwe Vogelbuurt (vm Holy ZO) 571 13.939 13.014 -1.520
De Eilanden 2 166
Centrum Westwijk Nieuw 3.633 4.654 9.054 641
Babberspolder oost totaal 4.107 911 2.937 -2.139
Totaal 24.472 26.728 46.064 2.298 -9.207

B.1.2  Gereed product en handelsgoederen

Het totaalbedrag van € 130.000 betreft de goederen in het magazijn bij de stadswerf waar de artikelen voor met name onderhoud aan (water)wegen liggen opgeslagen.

B.2 Uitzettingen < 1 jaar

Terug naar navigatie - B.2 Uitzettingen < 1 jaar

De uitzettingen kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Uitzettingen < 1 jaar 31-12-2018 31-12-2019
Vorderingen op openbare lichamen 11.924 12.378
R-c verhouding met Rijk (schatkistbankieren) 18.026 17.574
R-c Niet-financiële instelling 32
Overige vorderingen 2.512 4.984
Totaal 32.462 34.967

De vorderingen op openbare lichamen zijn als volgt nader te specificeren:

Vorderingen openbare lichamen 31-12-2019
Belastingdienst 61
DCMR 8
Gemeente Maassluis 3
Gemeente Midden-Delfland 50
Gemeente Rotterdam 123
Gemeente Schiedam 850
Metropoolregio Rotterdam-Den Haag 58
Hoogheemraadschap van Delfland 22
Provincie Zuid-Holland 3
Rijk BTW Compensatiefonds 11.201
Totaal 12.378

Decentrale overheden zijn verplicht om hun overtollige middelen in 's Rijks schatkist aan te houden. Om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen is er een drempelbedrag, afhankelijk van het begrotingstotaal, dat buiten de schatkist mag worden gehouden. Het drempelbedrag is gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal als het begrotingstotaal lager is dan € 500 miljoen. Als het begrotingstotaal hoger is dan € 500 miljoen is de drempel gelijk aan € 3,75 miljoen plus 0,2% van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat. De drempel is nooit lager dan € 250.000.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren
Verslagjaar
(1) Drempelbedrag 1.897,5
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
(2) Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 437 400 273 317
(3a) = (1) > (2) Ruimte onder het drempelbedrag 1.461 1.497 1.625 1.580
(3b) = (2) > (1) Overschrijding van het drempelbedrag - - - -

In het bedrag van € 4.984.000 van de overige vorderingen per 31-12-2019 zijn voorzieningen voor dubieuze debiteuren in mindering gebracht. In onderstaande tabel zijn de nominale waarden én de voorzieningen afzonderlijk weergegeven.

Overige vorderingen 31-12-2018 31-12-2019
belastingen RBG 2.058 3.271
voorziening belastingdeb. RBG -408 -446
subtotaal 1.650 2.825
erfpacht 147 148
voorziening erfpachtdebiteuren -2.640 -2.641
subtotaal -2.493 -2.494
debiteuren algemeen (excl vordering O L) 3.645 4.801
voorziening debiteuren -290 -148
subtotaal 3.355 4.653
Totaal 2.512 4.984

B.4 Overlopende activa

Terug naar navigatie - B.4 Overlopende activa

De overlopende activa kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Overlopende activa 31-12-2018 31-12-2019
nog te ontvangen bedragen van overheidslichamen 40 151
overige nog te ontvangen bedragen 1.352 2.425
vooruitbetaalde bedragen 1.104 626
kostenverhaal 110 253
Totaal 2.606 3.455

De van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen bedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel worden afzonderlijk verantwoord onder de overlopende activa.

Nog te ontvangen van overheidslichamen 31-12-2018 + - 31-12-2019
het Rijk: 18 18
Min. Infrastructuur en Waterstaat, BBV 18 18
overige Nederlandse overheidslichamen: 22 335 206 151
Metropoolregio Rotterdam-Den Haag 335 184 151
Provincie Zuid-Holland 22 22 -
Totaal 40 335 224 151

C.1 Eigen vermogen

Terug naar navigatie - C.1 Eigen vermogen

C.1.1 Algemene reserve

De Algemene reserve heeft geen direct bestedingsdoel. Wel dient deze reserve als buffer voor het opvangen van risico’s. Zie hiervoor de Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Algemene reserve
bedragen x € 1.000 Stand Toevoeging Onttrekking 31-12-2019
Stand 31 december 2018 voor resultaatbestemming 22.994
Resultaat 2018 voor bestemmingen 9.146
Resultaatbestemming 2018 9.468
Werkelijke stand 01-01-2019 9.146 9.468 22.672
Mutaties 2019
Bij:
Geen
Af:
Saldi Voortgangsrapportages c.a. 302
Centrumtaken naar reserve Sociaal Domein 512
Food Innovation Academy 540
Unilever 100
Capaciteit financiën in control 48
Museum 150
Stand 31-12-2019, voor resultaatbestemming - - 1.652 21.020

C.1.2 Bestemmingsreserves

Bestemmingsreserves (x € 1.000) Stand Toevoeging Onttrekking 31-12-2019
Stand 31 december 2018 voor resultaatbestemming 53.090
Resultaatsbestemming
Reserve Resultaatbestemming 2018 642
Reserve Blankenburgverbinding 8.826
Stand 01-01-2019, na resultaat 2018 53.090 9.468 - 62.558
Mutaties in 2019
Toevoegingen 3.399
Onttrekkingen 8.128
Herrubricering bestemmingsreserves ivm erfpacht naar vaste schuld 35.487
Stand 31-12-2019, voor resultaat 2019 53.090 12.867 43.615 22.342

Nadere detaillering van de bestemmingsreserves

Bestemmingsreserves (bedragen x € 1.000) Stand per 31-12-2018 Via resultaat 2018 Bij via resultaat 2019 Af via resultaat 2019 Stand per 31-12-2019
Onderhoud gebouwen 2.467 846 734 2.579
Organisatieontwikkeling 121 121
Frictiekosten takendiscussie 2.155 1.518 637
Dienstverlening in Vld 2020 457 457 -
Aanpak hennepkwekerijen 136 136
Groot onderhoud daktuin 374 23 66 331
Duurzaamheid 216 216
Parkeerfonds 58 58
Parkeren en binnenstad 1.571 200 280 1.491
Blankenburgverbinding 8.826 877 492 9.211
Groenstrook Het Scheur 33 33
Particuliere woningverbetering 629 629
Reserve Afkoopsommen erfpacht 25.922 25.922
Afkoopsommen van erfpachttermijnen 9.565 1.418 8.147
Grondexploitaties 99 99
Onderwijshuisvesting 1.500 1.500
Revitalisering binnenstad 132 45 87
Sociaal domein (v.m. WMO) 5.415 1.116 2.865 3.666
Inburgering 411 411
Bibliotheek 1.467 302 1.165
Beeldende kunst 102 7 109
Archeologie 129 33 96
Nationaal Actieplan Sport en Bewegen 130 80 50
Resultaatbestemming - 642 522 120
Totaal 53.090 9.468 3.069 8.812 56.815

Toelichting en specificatie van de bestemmingsreserves

Naam Toelichting Functie
Onderhoud gebouwen

Groot onderhoud van gemeentelijk vastgoed.

Egalisatie, besteding, buffer
Organisatieontwikkeling Het toekomstbesteding maken van de organisatie. In kennis en kunde, in houding en gedrag van zowel leidinggevenden als medewerkers. Besteding
Frictiekosten takendiscussie Frictiekosten voortvloeiend uit de diverse takendiscussies voor tijdelijke overschrijdingen van de loonsom en maatwerkregelingen Besteding
Dienstverlening in Vld 2020    
Aanpak hennepkwekerijen Het voorkomen van brandgevaarlijke situaties en het aanpakken van criminele organisaties met betrekking tot hennepkwekerijen. Egalisatie
Groot onderhoud daktuin Groot onderhoud van de daktuin op een parkeergarage. Besteding
Duurzaamheid Een revolving fund ter uitwerking van het programma Duurzaamheid Vlaardingen 2012-2015 Besteding, financiering
Parkeerfonds Afkoopsommen vanwege een negatieve parkeerbalans worden in deze reserve gestort. Ze wordt ingezet voor uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen bij de herinrichting van straten. Besteding
Parkeren en binnenstad De reserve wordt gevoed met (niet begrote meer-) opbrengsten betaald parkeren, waarmee eenmalige/incidentele initiatieven worden bekostigd die de levendigheid van de Binnenstad verhogen. Besteding
Blankenburgverbinding    
Groenstrook Het Scheur Nog uit te voeren werkzaamheden voor de groenstrook in de voormalige grondexploitatie Bedrijventerrein Het Scheur. Besteding
Particuliere woningverbetering Ondersteuning van particulieren bij het kwalitatief op peil houden van de woningvoorraad en dekking van de rentetoerekening van de financiële vaste activa ter zake. Besteding
Reserve afkoopsommen erfpacht De bestemmingsreserve afkoopsommen erfpacht ad € 25,9 miljoen is per 1 januari 2019 overgeheveld naar de vaste schulden. Voor een toelichting hierop verwijzen wij u naar de Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. Buffer, financiering
Afkoopsommen van erfpachttermijnen Egaliseren van de erfpachtontvangsten. Jaarlijkse onttrekking voor de aan de betreffende jaarschijf toe te rekenen afkoopsommen. Besteding, financiering
Grondexploitaties Opvangen van toekomstige nieuwe verliesvoorzieningen of afwaarderingen op grondexploitaties. Buffer
Onderwijshuisvesting Calamiteiten onderwijshuisvesting. Buffer
Revitalisering binnenstad Aantrekkelijk verblijfsgebied binnenstad. Besteding
Sociaal domein (voormalig WMO) De egalisatie van de producten van het Sociaal domein. Besteding, buffer
Inburgering Handhavingstaak voortvloeiend uit de Wet Inburgering. Besteding
Bibliotheek Frictiekosten wegens de (voorgenomen) ontvlechting en verzelfstandiging van de bibliotheek.  Besteding
Beeldende kunst Uitvoering meerjarig plan van aanpak. Projecten met een doorlooptijd van enkele jaren waardoor een onregelmatig uitgavenpatroon ontstaat. Egalisatie
Archeologie Specifieke uitgaven archeologie die niet in het jaarlijkse budget zijn voorzien. Egalisatie
Nationaal Actieplan Sport en Bewegen De realisering van beweeginterventies en stimulering van gemeentelijke plannen voor het lokale gezondheidsbeleid. Besteding
Resultaatbestemming Budgetoverheveling tussen begrotingsjaren. Besteding

 

C.1.3 Nog te bestemmen resultaat

C.2 Voorzieningen

Terug naar navigatie - C.2 Voorzieningen

In onderstaand overzicht zijn de voorzieningen ingedeeld op grond van artikel 44 van het BBV. De voorzieningen voor verplichtingen ad € 8.135 vallen uiteen in respectievelijk a. € 1.218 voor verliezen en b. € 6.917 voor risico’s.

Naam Toelichting
Erfpachtgronden Holy-zuidoost De herstructurering van Holy-zuidoost omvat percelen welke de gemeente eeuwigdurend dan wel voor een bepaalde tijd in erfpacht heeft uitgegeven aan de woningbouwcorporatie Waterweg Wonen. In de toekomst zullen de betreffende percelen grond exclusief de openbare ruimte volledig in eigendom toekomen aan Waterweg Wonen waartoe in de realisatieovereenkomst een tijdsplanning is opgenomen gekoppeld aan de verschillende fasen van herontwikkeling.
Grondexploitatie Holy-zuidoost De voorziening Grondexploitatie Holy Zuidoost betreft het meerdere van de verliesvoorziening ten bedrage van de negatieve waarde per 31-12-2019.
Sanering asbest Industrieweg 9 Deze voorziening is ten laste van 2018 gevormd vanwege verplichtingen t.a.v. de asbestsanering. In 2019 is deze deels aangewend en het restant in vrijgevallen omdat er geen verdere verplichtingen zijn.
Pensioenverplichting voormalige wethouders

Dit betreft een voorziening om te kunnen voldoen aan de toekomstige pensioenverplichtingen van (ex)-wethouders. De voorziening  wordt periodiek op actuariële basis berekend. Per ultimo 2019 wordt een bedrag van bijna € 7,0 miljoen voorzien, hetgeen heeft geleid tot een toevoeging van € 808.000. 

De onttrekking aan de voorziening betreft de in 2019 uitgekeerde pensioenen.

Egalisatie riolering De voorziening is bedoeld om schommelingen in de heffing af te dekken. Verder worden de gemeentelijke investeringen in renovatie van het rioolstelsel uit deze voorziening gedekt. Er is € 1.527.000 aan de voorziening toegevoegd.
Egalisatie afvalstoffen De voorziening is bedoeld om schommelingen in de heffing af te dekken. Verder worden de gemeentelijke investeringen in ondergrondse afvalinzameling uit deze voorziening gedekt. Er is € 861.000 van de voorziening aangewend.
Bomenfonds Het fonds is bedoeld om in de directe nabijheid herbeplanting of kwaliteitsverbetering van houtopstand in het openbare gebied te realiseren. Het fonds wordt gevoed door compensatiestortingen van derden (als geen vervangende aanplant kan plaatsvinden).
Zwerfafval Tussen het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het verpakkend bedrijfsleven en de VNG is de Raamovereenkomst verpakkingen 2013-2022 afgesloten. Gemeenten kunnen elk jaar aanspraak maken op € 1,18 per inwoner voor de extra aanpak van zwerfvuil. Voor Vlaardingen betekent dit een bijdrage van circa € 84.000 per jaar. Vanwege de oormerking van deze middelen door het ministerie is deze voorziening getroffen. De uitgaven voor zwerfafval waren in 2019 hoger dan de ontvangen bijdrage voor 2019. Het verschil van afgerond € 43.000 is onttrokken aan de voorziening. Voor de periode 2020-2022 wordt wederom per jaar een bijdrage van € 1,18 per inwoner verwacht.

 

Voorzieningen Vrijval t.g.v.
bedragen x € 1.000 31-12-2018 Toevoeging exploitaties Aanwending 31-12-2019
a. Verplichtingen en verliezen 2.121 - 653 250 1.218
- Erfpachtgronden Holy Zuid-Oost 264 264
- Grondexploitatie Holy Zuid-Oost 1.607 653 954
- Sanering asbest Industrieweg 9 250 250 -
b. Risico's te verwachten verplichtingen en verliezen 6.595 1.288 - 486 7.397
- Pensioenverplichting voormalige wethouders 6.595 1.288 486 7.397
c. Kosten volgend begrotingsjaar 17 - - 17 -
- Woonrijpmaken Sam. Esmeijerstraat 17 17 -
d. Van derden verkregen middelen 7.995 1.527 - 1.058 8.463
- Egalisatie riolering 6.512 1.527 8.039
- Egalisatie afvalstoffen 1.388 1.015 372
- Bomenfonds 51 51
- Zwerfafval 44 43 1
Totaal 16.728 2.815 653 1.811 17.077

C.3 Vaste schulden

Terug naar navigatie - C.3 Vaste schulden

Door mutaties in de langlopende leningenportefeuille, als gevolg van het afsluiten van nieuwe leningen en het betalen van aflossingen, is de gemiddelde rentekostenvoet gedaald van 2,7% in 2018 naar 2,5% in 2019.

In het volgende overzicht is de omvang van de vaste schuld opgenomen:

Vaste schulden Rentelast
bedragen x € 1.000 31-12-2018 bij af 31-12-2019 in 2019
Onderhandse leningen - binnenlandse banken 245.000 15.000 20.000 240.000 6.106

D.1 Netto vlottende schulden

Terug naar navigatie - D.1 Netto vlottende schulden

Per 31-12-2019 is geen kasgeld aangetrokken wegens voldoende liquide middelen. In het volgende overzicht is de omvang van de vlottende schuld opgenomen:

Netto vlottende schulden 31-12-2018 31-12-2019
Debetsaldi bank 36
Overige schulden 10.748 8.554
Totaal 10.784 8.554

D.2 Overlopende passiva

Terug naar navigatie - D.2 Overlopende passiva

De overlopende passiva kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Overlopende passiva 31-12-2018 bij af 31-12-2019
verplichtingen (nog te betalen) 10.759 15.513 11.044 15.228
van overheidslichamen ontvangen voorschotten
- het Rijk 583 11.411 4.298 7.696
- overige Nederlandsche overheden 296 8 161 143
overige vooruit ontvangen bedragen 391 1.083 391 1.083
Totaal 12.029 28.015 15.894 24.150

D.2.1 Verplichtingen (nog te betalen posten)

 

Verplichtingen (nog te betalen) 31-12-2019
Div banken, rente langl. Leningen 2.930
ROG-plus 4.780
Stroomopwaarts, diversen 309
Gemeente Schiedam 286
GR Jeugd 4.031
Gemeentefonds 707
Gemeente Maassluis 221
Irado 267
Overigen < 125.000 1.696
Totaal 15.227

D.2.2 Van overheidslichamen ontvangen voorschotten

Voor de Blankenburgverbinding (BbV) en Krabbeplas Nieuw Waterland (KP/NW) heeft de gemeente Vlaardingen respectievelijk een bilaterale- en een regionale overeenkomst afgesloten in 2015 en 2016. De daarin opgenomen bedragen zijn enerzijds ter dekking van kosten die de gemeente Vlaardingen maakt voor wat betreft de realisatie van de BbV en anderzijds voor projecten die de gemeente Vlaardingen realiseert in het kader van het Kwaliteitsprogramma.

Voor beide overeenkomsten geldt dat de in de overeenkomsten opgenomen bedragen inclusief de in de daarin  overeengekomen IBOI indexering zijn ontvangen door de gemeente Vlaardingen. Voor de bilaterale overeenkomst geldt op basis van de artikel 7.2 dat de laatste 10% beschikbaar wordt gesteld door het ministerie van I&W bij de openstelling van de Blankenburgverbinding. Dat is volgens planning in 2024.

Vooruit ontvangen bedragen overheid: 31-12-2018 ontvangen bedrag vrijval / terugbetaling 31-12-2019
het Rijk: 584 11.410 4.298 7.695
JGZ 51 51
Onderwijsachterstanden 2007/2010) 43 43
Onderwijsachterstanden 132 3.954 2.930 1.156
ISV 3 geluid SSV 129 129
SSV 229 60 289
SPUK 2.033 1.269 764
van Denken naar Doen 100 100
BBV 2019 5.240 5.240
Flardinga 13 13
RVO 10 6 4
Overige Nederlandse overheidslichamen: 296 8 161 144
Provincie:
ISV-3 Geluid 3 3
Krabbenplas 200 116 84
Broekpolder 29 29
Touwbaan 44 44 0
Centrum 20 20
Nationaal Restauratiefonds 8 8
Totaal 880 11.418 4.459 7.839

D.2.3 Overige vooruit ontvangen bedragen

Overige vooruit ontvangen bedragen 31-12-2018 ontvangen bedrag vrijval / terugbetaling 31-12-2019
Restant kostenverhaal 63 87 63 87
Diverse personen, parkeervergunningen 282 461 282 461
Overigen < 125.000 14 191 14 191
Unilever 135 135
VNG, duurzaamheid onderst.progr energie 32 32 -
Shell 209 209
Totaal 391 1.083 391 1.083

Gebeurtenissen na balansdatum

Gebeurtenissen na balansdatum

Terug naar navigatie - Gebeurtenissen na balansdatum

Het COVID-19 (Corona) virus heeft geen financiële gevolgen voor de jaarrekening 2019, maar wel voor naar verwachting veel beleidsterreinen van onze begroting 2020 en mogelijk voor de jaren daarna. Hoe groot de financiële impact zal zijn op relatief korte termijn, is nu onmogelijk te bepalen.
Enerzijds omdat de financiële gevolgen nog niet te overzien zijn, anderzijds omdat de VNG de gemeenten opgeroepen heeft om gecontracteerde aanbieders te blijven betalen, ook als er een andere of beperkte prestatie wordt geleverd. Zodra meer zicht is op de financiële effecten van het Coronavirus en de overheidsmaatregelen in dit kader zullen wij u daar d.m.v. de reguliere P&C documenten nader over informeren.

We monitoren onze risico’s en die van onze partners voortdurend. Onze organisatie loopt geen risico voor de continuïteit. We bewaken onze liquiditeitspositie goed en nemen zo nodig maatregelen om onze taken gedurende deze crisis zo goed mogelijk te blijven uitvoeren..
We zijn in overleg met onze uitvoeringsorganisaties om te bezien hoe de continuïteit richting de zorgaanbieders in de vorm van een liquiditeitsborg kan worden gewaarborgd.

De uitbraak van COVID-19 (Corona) eind februari 2020 heeft een enorme impact op ons allemaal. De wereldwijde pandemie leidt tot ongekende omstandigheden. Voor de aanpak van COVID-19 kijken wij wat we, aanvullend op de landelijk maatregelen van het Rijk, kunnen doen. Dit raakt veel beleidsterreinen van onze organisatie. We streven naar een zo adequaat mogelijke uitvoering van de landelijke en lokale maatregelen en naar zoveel mogelijk continuïteit van de reguliere werkzaamheden en van noodzakelijke (digitale) besluitvorming en hebben daarvoor de nodige interne maatregelen genomen.

Enkele voorbeelden van beleidsterreinen welke in financieel opzicht geraakt worden zijn:
• Parkeren. We zullen naar verwachting minder paarkeergelden binnen krijgen.
• Toeristenbelasting. Deze baten zullen zeer waarschijnlijk terug gaan lopen.
• Bijstandsuitkeringen. Door een stijgende toestroom en een verminderde uitstroom naar werk verwachten wij een toename van het aantal uitkeringen.
• Veiligheidsregio en GGD. Beide verbonden partijen maken momenteel fors meer kosten om de pandemie zo goed mogelijk onder controle te krijgen.
• Handhaving. Er is extra inzet van BOA’s op de handhaving in de openbare ruimte van de social distancing maatregelen van het kabinet.
• We doen aanpassingen aan het gebouw in verband met de 1,5 meter maatschappij en investeren in ICT middelen om bijvoorbeeld video vergaderen mogelijk te maken.

Het kabinet heeft toegezegd dat gemeenten volledig voor de extra kosten gecompenseerd gaan worden. De VNG voert hierover gesprekken met het kabinet.

Toelichting op het overzicht van baten en lasten

Toelichting op het overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - Toelichting op het overzicht van baten en lasten

Strikt formeel behoort de analyse van de afwijkingen tussen de begroting (na wijziging) en de realisatie tot het gedeelte van de jaarrekening en niet tot het gedeelte van het jaarverslag. Het is echter toegestaan in het gedeelte van de jaarrekening te volstaan met een verwijzing naar de analyse in het overzicht van baten en lasten in het gedeelte van het jaarverslag. De bedoelde analyse is opgenomen in het jaarverslag onder ‘Financieel verslag’ bij ieder afzonderlijk programma.

Toetsingskader begrotingsrechtmatigheid

Overzicht van incidentele baten en lasten

Incidentele reservemutaties

Terug naar navigatie - Incidentele reservemutaties
Programma Toevoeging reserve Onttrekking reserve
Bestuur, participatie en dienstverlening 0 2.745.000
Groen en milieu 0 316.000
Verkeer en mobiliteit 200.000 0
Wonen 877.000 2.032.000
Onderwijs, economie en haven 17.000 640.000
Sociaal domein 934.000 3.245.000
Kunst en cultuur 7.000 776.000
Sport en recreatie 0 225.000
Financiën -320.000 0
Totaal incidentele reservemutaties 1.715.000 9.979.000

Structurele reservemutaties

Terug naar navigatie - Structurele reservemutaties
Programma Toevoeging reserve Onttrekking reserve
Bestuur, participatie en dienstverlening 846.000 0
Groen en milieu 23.000 0
Totaal structurele reservemutaties 869.000 0

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De niet uit de balans blijkende verplichtingen zijn langlopende overeenkomsten waaruit één of meerdere verplichtingen voortvloeien. Om dit inzichtelijk te maken brengen we in beeld wat onze verplichtingen zijn ten aanzien van waarborgen en garanties en wat onze verplichtingen zijn uit hoofde van (Europees aanbestede) inkoopovereenkomsten.

Waarborgen en garanties

Terug naar navigatie - Waarborgen en garanties

In onderstaand overzicht zijn de waarborgen en garanties opgenomen. Onder 1.1 zijn de geldleningen opgenomen welke bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) zijn ondergebracht. Het WSW is een privaatrechtelijke stichting die fungeert als ‘onderlinge waarborgmaatschappij’ voor woningcorporaties.
WSW neemt de betaalverplichtingen voor een lening over wanneer de corporatie (ondanks de voordelige financieringsvoorwaarden) de rente en aflossing op een door WSW geborgde lening niet meer kan betalen. Alleen als WSW deze betaalverplichting niet uit de overige buffers in de zekerheidsstructuur kan voldoen, moeten Rijk en gemeenten bijspringen. Op grond van hun rol als achtervanger moeten zij in dat geval renteloze leningen aan WSW verstrekken, en wel onder de volgende afspraken:
• Het Rijk verstrekt in alle gevallen de helft (= 50%) van de renteloze leningen;
• De zogenoemde “schadegemeenten” verstrekken samen een kwart (= 25%) van de renteloze leningen. De schadegemeenten zijn de gemeenten die vermeld zijn in de leningen waarvoor WSW de betaalverplichting overneemt;
• Alle gemeenten die achtervanger zijn van WSW (met inbegrip van de schadegemeenten) verstrekken samen het resterende kwart (= 25%) van de renteloze leningen.

WSW is nog nooit aangesproken op de borg en schat het risico van de gemeenten en het Rijk in als zeer klein, of zelfs theoretisch. Gemeente Vlaardingen heeft ook geen betalingen hoeven verrichten ten aanzien van verstrekte borgstellingen.

Achtervang, garanties en borgstellingen (x € 1.000) Hoofdsom Restant 1-1-2019 Restant 31-12-2019 Aandeel gemeente (€) Aandeel gemeente (%)
1. Borgstellingen door waarborgfondsen met achtervang gemeente 557.599 509.932 495.495 127.516 25%
2. Garanties door gemeente ten behoeve van rechtspersonen 37.854 8.184 4.874 4.874 60%
Totaal 595.453 518.116 500.369 132.390
1. Borgstellingen door waarborgfondsen met achtervang gemeente (x € 1.000) Hoofdsom Restant 1-1-2019 Restant 31-12-2019 Aandeel gemeente (€) Aandeel gemeente (%)
1.1 Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) 557.376 509.764 495.345 127.441 25%
Woningstichting Samenwerking 150.898 151.186 148.647 37.797 25%
Woningstichting Waterweg Wonen 395.469 352.551 341.104 88.138 25%
Stichting Woonzorg Nederland 11.009 6.027 5.594 1.507 25%
1.2 Stichting Waarborgfonds Sport (SWS) 223 168 150 75 45%
Tennisvereniging Holy 60 36 31 15,65 50%
DVO '32 73 73 69 34,5 50%
Stichting Vlaardingen turnt en beweegt 90 59 50 25 50%
Totaal 557.599 509.932 495.495 127.516
2. Garanties door gemeente ten behoeve van rechtspersonen (x € 1.000) Hoofdsom Restant 1-1-2019 Restant 31-12-2019 Aandeel gemeente (€) Aandeel gemeente (%)
Zwem- en recreatiebad De Kulk 4.000 550 350 350 100%
Vlaardingen Lawn Tennis Club 300 69 58 58 100%
Frankelandgroep - Vaartland 876 175 140 140 100%
Argos Zorggroep 20.878 7.190 4.226 4.226 100%
Rijnsburger Exploitatie Maatschappij / Polderpoort 1.000 200 100 100 100%
Totaal 27.054 8.184 4.874 4.874

Inkoopovereenkomsten

Terug naar navigatie - Inkoopovereenkomsten

In onderstaand overzicht zijn de overeenkomsten vermeld die op basis van een Europese aanbesteding zijn aangegaan.

Leverancier Onderwerp Inkoopdossier Ingangsdatum contract
Croon Elektrotechniek BV Onderhoud elektrische installaties BI.2014.371 februari 2014
Nijmeegse betonindustrie De Hamer Elementen verharding van beton BI.2014.374 maart 2014
SIGHT Landscaping BV Bestek Holy Noord BI.2014.375 maart 2014
Comparex Softwarebroker BI.2014.393 juli 2014
Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Brede School Babberspolder BI.2014.404 november 2014
Heigo Nederland BV Veiligheidskleding en persoonlijke beschermingsmiddelen BI.2015.412 maart 2015
Wolters Kluwer BV KluwerNavigator Gemeente Plus BI.2015.416 maart 2015
Van Straaten Post Utrecht BV Heraanbesteding Postdiensten BI.2015.419 april 2015
Veerhaven Assuradeuren BV Brandverzekering BI.2015.422 mei 2015
P1 On Street BV Parkeerbeheer BI.2015.427 juli 2015
Bosan BV Heraanbesteding levering en onderhoud sporttechnische inrichting BI.2016.445 januari 2016
Heijmans Infra BV Onderdoorgang Marathonweg BI.2016.446 januari 2016
Wallaard Groen BV Onderhoudsbestek 2016-2017 BI.2016.447 december 2015
Deloitte Accountants BV Accountantsdiensten BI.2016.448 januari 2016
Aannemingsmaatschappij van Gelder BV Reconstructie Vijfsluizen BI.2016.451 februari 2016
Spereco Holland BV / Proludic / Eibe Benelux Speeltoestellen BI.2016.454 maart 2016
Versluys Verkeerstechniek BV Raamovereenkomst omleidingen en afzettingen BI.2016.455 april 2016
Wilchem BV Milieuincidenten BI.2016.456 juni 2016
Schouten Utrecht BV Raamovereenkomst bestelbussen met laadbak BI.2016.463 augustus 2016
Mandatis Aansprakelijkheidsverzekering BI.2016.464 september 2016
P.C. van der Wiel BV Raamovereenkomst voor het reinigen van kolken en lijngoten BI.2016.466 oktober 2016
Infotheek Groep BV / BTC / ARP Nederland ICT Hardware BI.2016.467 oktober 2016
Aannemingsbedrijf Growepa BV Raamovereenkomst cyclisch onderhoud bomen BI.2016.468 oktober 2016
Nootenboom sport BV Onderhoud sportvelden BI.2017.471 januari 2017
Gebouwbeheer en Onderhoud BI.2017.476 juni 2017
Ambulante jeugdhulp voor Jeugd met een Beperking of stoornis, inclusief steun, hulp of behandeling overdag BI.2017.477
Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) BI.2017.478
Generalistische Basis GGZ BI.2017.479
Beveiliging- en hospitalitydiensten BI.2017.481 juli 2017
Storage BI.2017.483 juli 2017
Gas en elektriciteit BI.2017.485 augustus 2017
Raamovereenkomst onderhoud openbare verlichting BI.2017.486 augustus 2017
Raamovereenkomst onderhoud verkeersregelinstallaties BI.2017.487 augustus 2017
Integraal bestek groenonderhoud Holy Noord BI.2017.488 augustus 2017
Brokerdiensten BI.2017.489 augustus 2017
Uitzendkrachten BI.2017.490 augustus 2017
Ericabus BI.2017.493 september 2017
Leerlingen en jeugdzorg vervoer BI.2017.495 september 2017
Trekkenwand BI.2017.496 september 2017
Kantoorartikelen BI.2017.497 oktober 2017
Warme drankenautomaten BI.2017.504 december 2017
- Applicatiebeheer BI.2018.506 januari 2018
De Persgroep Gemeentenieuws BI.2018.507 januari 2018
A.K. Barendregt Aannemingsbedrijf BV Raamovereenkomst Renovaties en reconstructie groenvoorzieningen BI.2018.508 januari 2018
Multilease BV Leasewagens BI.2018.513 februari 2018
Xylem Water Solutions BV Raamovereenkomst Preventief en correctief onderhoud rioolgemalen BI.2018.515 maart 2018
Giverbo BV Raamovereenkomst Levering elementenverharding beton BI.2018.520 april 2018
Raet BV E-HRM systeem met bijbehorende salarisdienstverlening BI.2018.521 mei 2018
Softwarebroker BI.2018.522 mei 2018
ontwikkelaar Valkenhof/sporthal locatie Westwijk BI.2018.529 augustus 2018
Verlichting BI.2018.530 augustus 2018
Meublilair BI.2018.532 augustus 2018
Bammens BV Ondergrondse containers BI.2018.535 september 2018
Tijdelijk huisvesting BI.2018.538 september 2018

Publicatie bezoldiging topinkomens

Publicatie bezoldiging topinkomens

Terug naar navigatie - Publicatie bezoldiging topinkomens

Met ingang van 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht geworden. Deze wet vervangt per 1 januari 2013 de Wet openbaarmaking met publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt).

De norm voor bezoldiging voor topfunctionarissen bedraagt € 194.000. Functionarissen die bezoldigd zijn boven deze norm moeten vermeld worden. Daarnaast moet de bezoldiging van topfunctionarissen vermeld worden, ongeacht beloningsniveau. Topfunctionarissen zijn volgens de wet voor de gemeente de gemeentesecretaris en de griffier.

Naast de hieronder vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met een dienstbetrekking die in 2019 een bezoldiging boven het individueel toepasselijk drempelbedrag hebben ontvangen

1a. Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking en leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling alsmede degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt

Gegevens 2019
bedragen x € 1 Mevrouw Knol-van Leeuwen De heer Van Ginneken De heer Mimpen
Functiegegevens Gemeentesecretaris Waarnemend gemeentesecretaris Griffier
Aanvang en einde functievervulling in 2019 01/01 - 15/06 16/06-30/06 01/03 - 31/12
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1 1 1
Dienstbetrekking? ja ja ja
Bezoldiging
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen € 61.841,69 € 5.010,50 € 80.354,87
Beloningen betaalbaar op termijn € 9.308,17 € 813,94 € 13.680,20
Bezoldiging € 71.149,86 € 5.824,44 € 94.035,07
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum € 88.230,14 € 7.972,60 € 162.641,10
Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Gegevens 2018
bedragen x € 1 Mevrouw Knol-van Leeuwen De heer Van Ginneken De heer Mimpen
Functiegegevens Gemeentesecretaris Waarnemend gemeentesecretaris Griffier
Aanvang en einde functievervulling in 2018 01/01 - 31/12 N.v.t. N.v.t.
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1 N.v.t. N.v.t.
Dienstbetrekking? ja N.v.t. N.v.t.
Bezoldiging
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen € 133.069,69 N.v.t. N.v.t.
Beloningen betaalbaar op termijn € 18.535,68 N.v.t. N.v.t.
Bezoldiging € 151.605,37 N.v.t. N.v.t.
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum € 189.000,00 N.v.t. N.v.t.

1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12

Gegevens 2019
bedragen x € 1 de heer Van Hofwegen Mevrouw Van der Vlies
Functiegegevens Gemeentesecretaris Interim-griffier
Kalenderjaar 2019 2018 2019 2018
Periode functievervulling in het kalenderjaar (aanvang – einde) 01/07 - 31/12 N.v.t. 01/01 - 28/02 01/09 - 31/12
Aantal kalendermaanden functievervulling in het kalenderjaar 6 N.v.t. 2 4
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum
Maximum uurtarief in het kalenderjaar € 187 € 182 € 187 € 182
Maxima op basis van de normbedragen per maand € 155.400 N.v.t. € 51.800,00 € 101.200
Individueel toepasselijke maximum gehele periode kalendermaand 1 t/m 12 € 155.400 € 153.000
Bezoldiging (alle bedragen exclusief btw)
Werkelijk uurtarief lager dan het maximum uurtarief? Ja Ja
Bezoldiging in de betreffende periode € 145.528,50 N.v.t. € 18.786,05 € 69.162,05
Bezoldiging gehele periode kalendermaand 1 t/m 12 € 145.528,50 € 87.948,10
Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag N.v.t. N.v.t.
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan N.v.t. N.v.t.
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling N.v.t. N.v.t.

EMU-saldo

EMU-saldo

Terug naar navigatie - EMU-saldo

Bij het Verdrag van Maastricht (1992) zijn door de landen van de Europese Unie regels vastgesteld ter verbetering van de begrotingsdiscipline in de eurozone. Een van de afspraken had betrekking op het maximaal toegestane begrotingstekort van individuele landen. Deze afspraak staat bekend als de 3%- norm, inhoudende dat landen slechts incidenteel een begrotingstekort mogen presenteren dat hoger is dan 3% van het bruto binnenlands product (bbp).

Eind 2011 zijn in Europees verband nadere afspraken gemaakt ter verbetering van de begrotingsdiscipline. De uitwerking van deze afspraken heeft in Nederland geleid tot de wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof). De Wet Hof hanteert het EMU-saldo als sturingsinstrument.
Het CBS is verantwoordelijk voor het opstellen van het EMU-saldo van Nederland en daarmee ook voor het EMU-saldo van decentrale overheden.
Het startpunt vormt het exploitatiesaldo voor bestemming, dat wil zeggen voordat een beroep op c.q. toevoeging aan reserves plaatsvindt. Vervolgens wordt het exploitatiesaldo gecorrigeerd voor posten die wel relevant zijn voor het exploitatiesaldo, maar niet voor het EMU-saldo. Deze posten worden dus verwijderd. Posten die niet relevant zijn voor het exploitatiesaldo, maar wel voor het EMU-saldo worden toegevoegd.
Het EMU-saldo is te vergelijken met het begrotings-/rekeningsaldo, dat echter gebaseerd is op het baten en- lasten-stelsel. Het EMU-saldo is gebaseerd op een aangepast transactiestelsel. Volgens de regels van de EMU mag het vorderingentekort niet hoger zijn dan 3% van het bruto binnenlands product. Wanneer het saldo positief is, is er sprake van een vorderingenoverschot. Als het saldo negatief is, spreekt men van een vorderingentekort.

EMU - saldo 2017 2018 2019
(bedragen x € 1.000)
1 Het geraamde totaal saldo van baten en lasten (excl. Toevoeging aan en onttrekking uit reserves) 4.387 4.309 (8.649)
2 Afschrijvingen ten laste van de exploitatie 10.904 10.786 13.209
3 Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie 3.509 2.849 2.815
4 Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd (29.046) (12.136) (14.705)
5 Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 17.947 656 1.454
6 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord 2.731 5.364 9.570
7 Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan) (4.666) (5.139) (4.279)
8 Baten bouwgrondexploitaties, voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord 8.813 7.234 2.234
9 Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen (2.410) (2.112) (1.811)
10 Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten 0 0 0
Berekend EMU-saldo 12.169 11.811 (162)

Toelichting op het overzicht van het EMU-saldo

Terug naar navigatie - Toelichting op het overzicht van het EMU-saldo

Het EMU-saldo beoogt het verschil tussen de inkomsten en de uitgaven weer te geven. Wat komt er aan geld ”in de knip” en wat gaat eruit. Het resultaat is dus een vorderingentekort of –overschot. Het rekeningresultaat moet daarom worden gecorrigeerd met:
a. Baten en lasten in het rekeningresultaat die geen feitelijke geldstroom in 2019 met zich meebrengen;
b. Inkomsten en uitgaven in 2019, die niet als bate of last in het rekeningresultaat zijn opgenomen.

De hierna vermelde cijfers 1 tot en met 10 verwijzen naar voorgaand overzicht EMU-saldo:
1. Allereerst worden de toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves niet meegeteld. In het overzicht van baten en lasten is het saldo vóór deze toevoegingen en onttrekkingen weergegeven. Dit is het zogenaamde saldo vóór bestemmingen. Dat saldo bedraagt € 8,8 miljoen negatief.

2. Afschrijvingen geven de waardevermindering op de (boek)waarde van investeringen weer. Hiermee vindt geen betaling van de bankrekening plaats. Maar deze afschrijvingen zijn wel als last in de exploitatie verwerkt. Zonder de afschrijvingslast zou het rekeningresultaat hoger zijn geweest. Het totaal aan afschrijvingen bedraagt € 12,1 miljoen. Dat is inclusief de extra afschrijvingen op activa die verkocht of gesloopt zijn en afwaarderingen wegens te hoge boekwaarde ten opzichte van de marktwaarde.

3. Het treffen van een voorziening voor toekomstige uitgaven is in 2019 nog geen feitelijke uitgave. Net als bij de afschrijvingen is het vormen van een voorziening wel een last in de exploitatie en deze dient daarom ook op de zelfde wijze te worden gecorrigeerd.

4. Investeringen worden niet in een keer ten laste van de exploitatie gebracht, maar geactiveerd. Gedurende de gebruiksduur van de investering worden de lasten aan de respectieve jaren toegerekend (afschrijvingen), maar de feitelijk investering vindt in een keer plaats.

5. Bijdragen van subsidieverstrekkers worden in mindering gebracht op de betreffende investering. De netto investering wordt geactiveerd.

6. Opbrengsten uit verkoop van activa zijn als bate verantwoord in de exploitatie en zijn in dit overzicht niet van toepassing.

7. Aankopen grond en uitgaven voor de grondexploitaties worden, net zoals de investering onder 4, op de balans verantwoord en niet in de exploitatie.

8. Opbrengsten uit verkoop van grond in de grondexploitaties worden op de balans verantwoord en niet in de exploitatie.

9. De lasten uit de voorzieningen zijn niet in de exploitatie verantwoord, maar op de balans.

10. Niet aan de orde voor de gemeente Vlaardingen.

Conclusie
Het resultaat van deze exercitie is een EMU-saldo van € 6,5  miljoen negatief. Dat betekent in termen van inkomsten en uitgaven dat er een toename is van de liquide middelen, de kas- en banksaldi. In bovenstaand (voorgeschreven) model wordt geen rekening gehouden met de mutatie op de verliesvoorzieningen en met afwaarderingen ter zake van de grondexploitaties. Ook wordt geen rekening gehouden met de zogenaamde overlopende activa en passiva. Dat zijn posten die onlosmakelijk verbonden zijn aan het baten- en lastenstelsel. Het gaat dan om:
• Nog te betalen posten
• Nog te ontvangen posten
• Vooruitbetaalde posten
• Vooruit ontvangen posten

Het gaat hierbij om inkomsten en uitgaven die vóór 1 januari 2019 en ná 31 december 2019 plaatsvinden en als bate of last in het jaar 2018 verwerkt. Dit voor zover deze natuurlijk betrekking hebben op 2019.
Anderzijds vinden er ook betalingen en ontvangsten plaats in het jaar 2019 die betrekking hebben op 2018 of 2020. Het effect van de beide hiervoor genoemde zaken, samen met de mutatie op de liquide middelen, resulteert in een overschot aan middelen met als gevolg een afname van de opgenomen kasgeldleningen per 31 december 2019.

Baten en lasten naar taakvelden

Overzicht van baten en lasten per taakveld

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten per taakveld
bedragen x € 1.000
Taakveld 0 BESTUUR EN ONDERSTEUNING BATEN LASTEN
0.1 Bestuur 126 4.352
0.2 Burgerzaken 1.062 2.063
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden - -
0.4 Overhead 2.160 31.298
0.5 Treasury 7.844 6.139
0.61 OZB woningen 14.143 -53
0.62 OZB niet-woningen 3.680 -
0.63 Parkeerbelasting 2.489 -
0.64 Belastingen overig 2.059 1.209
0.7 Algemene uitkeringen en overige uitkeringen gemeentefonds 152.357 -
0.8 Overige baten en lasten 692 3.046
0.9 Vennootschapsbelasting (VpB) - 3
0.10 Mutaties reserves 8.967 2.585
0.11 Resultaat van de rekening van baten en lasten 2.267 -
Totaal Taakveld 0 197.846 50.642
Taakveld 1 VEILIGHEID
1.1 Crisisbeheersing en brandweer - 4.862
1.2 Openbare orde en veiligheid 73 3.702
Totaal Taakveld 1 73 8.564
Taakveld 2 VERKEER, VERVOER EN WATERSTAAT
2.1 Verkeer en vervoer 294 9.703
2.2 Parkeren 24 439
2.3 Recreatieve havens 257 952
2.4 Economische havens en waterwegen 1.008 1.073
2.5 Openbaar vervoer - -
Totaal Taakveld 2 1.583 12.167
Taakveld 3 ECONOMIE
3.1 Economische ontwikkeling 3.109 5.234
3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur 123 -584
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 25 56
3.4 Economische promotie 278 12
Totaal Taakveld 3 3.535 4.718
Taakveld 4 ONDERWIJS
4.1 Openbaar basisonderwijs 14 702
4.2 Onderwijshuisvesting 797 4.605
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken 3.458 4.818
Totaal Taakveld 4 4.269 10.125
Taakveld 5 SPORT, CULTUUR EN RECREATIE
5.1 Sportbeleid en activering 38 2.674
5.2 Sportaccommodaties 551 2.311
5.3 Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie 391 3.712
5.4 Musea 58 1.606
5.5 Cultureel erfgoed 3 245
5.6 Media 219 2.194
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 904 7.442
Totaal Taakveld 5 2.164 20.184
Taakveld 6 SOCIAAL DOMEIN
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 1.028 8.334
6.2 Wijkteams 177 6.389
6.3 Inkomensregelingen 35.840 39.059
6.4 Begeleide participatie - 121
6.5 Arbeidsparticipatie 302 20.586
6.6 Maatwerkvoorziening (WMO) - 82
6.71 Maatwerkdienstverlening 18+ - 21.196
6.72 Maatwerkdienstverlening 18- 40 6.242
6.81 Geëscaleerde zorg 18+ 129 22.500
6.82 Geëscaleerde zorg 18- - 15.396
Totaal Taakveld 6 37.516 139.905
Taakveld 7 VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU
7.1 Volksgezondheid 3 386
7.2 Riolering 6.042 5.270
7.3 Afval 12.201 9.900
7.4 Milieubeheer 1 1.815
7.5 Begraafplaatsen en crematoria 756 816
Totaal Taakveld 7 19.003 18.187
Taakveld 8 VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN STEDELIJKE VERNIEUWING
8.1 Ruimtelijke ordening 1.553 1.690
8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen) 4.589 7.334
8.3 Wonen en bouwen 6.757 5.374
Totaal Taakveld 8 12.899 14.398
Totaal taakvelden 278.889 278.889

SISA-verklaring

SiSa-verklaring

Terug naar navigatie - SiSa-verklaring
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2019 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 27 januari 2020
OCW D8 Onderwijsachterstandenbeleid 2019-2022 (OAB) Gemeenten Besteding (jaar T) aan voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO) Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO) Besteding (jaar T) aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO)
Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: D8 / 01 Indicatornummer: D8 / 02 Indicatornummer: D8 / 03
€ 2.731.424 € 193.316 € 230.669
Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Aan andere gemeenten (in jaar T) overgeboekte middelen (lasten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Aan andere gemeenten (in jaar T) overgeboekte middelen (baten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid
Bedrag Bedrag
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle n.v.t. Aard controle R
Indicatornummer: D8 / 04 Indicatornummer: D8 / 05 Indicatornummer: D8 / 06 Indicatornummer: D8 / 07
1
OCW D9 Onderwijsachterstandenbeleid 2011-2018 (OAB) Gemeenten Correctie besteding 2018 aan voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO). Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Correctie besteding 2018 aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO). Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Correctie besteding 2018 aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO). Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 01 Indicatornummer: D9 / 02 Indicatornummer: D9 / 03 Indicatornummer: D9 / 04
-€ 189.598 € 0 € 0 € 320.525
Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Correctie besteding 2018 aan andere gemeenten overgeboekte middelen (lasten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid. Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Correctie besteding 2018 aan andere gemeenten overgeboekte middelen (baten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid. Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen.
Bedrag Bedrag
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle n.v.t. Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 05 Indicatornummer: D9 / 06 Indicatornummer: D9 / 07 Indicatornummer: D9 / 08
1
IenW E26 Spoorse doorsnijdingen, tranche 1 Regeling eenmalige uitkeringen spoorse doorsnijdingen Gemeenten Aantal projecten (waarvoor een beschikking ontvangen is) Afspraak Aantal afgeronde projecten (jaar T) Realisatie Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E26 / 01 Indicatornummer: E26 / 02 Indicatornummer: E26 / 03
1 1 Ja
IenW E3 Subsidieregeling sanering verkeerslawaai Subsidieregeling sanering verkeerslawaai Provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen (Wgr) Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Besteding (jaar T) ten laste van rijksmiddelen Overige bestedingen (jaar T) Besteding (jaar T) door meerwerk dat o.b.v. art. 126 Wet geluidshinder ten laste van het Rijk komt Correctie over besteding (t/m jaar T) Kosten ProRail (jaar T) als bedoeld in artikel 25 lid 4 van deze regeling ten laste van rijksmiddelen
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 01 Indicatornummer: E3 / 02 Indicatornummer: E3 / 03 Indicatornummer: E3 / 04 Indicatornummer: E3 / 05 Indicatornummer: E3 / 06
1 IenM/BSK-2014/237877 € 7.844 € 0 € 0 € 0 € 0
Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve bestedingen ten laste van rijksmiddelen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Cumulatieve Kosten ProRail tot en met (jaar T) als bedoeld in artikel 25 lid 4 van deze regeling ten laste van rijksmiddelen Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Correctie over besteding kosten ProRail (t/m jaar T) Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 07 Indicatornummer: E3 / 08 Indicatornummer: E3 / 09 Indicatornummer: E3 / 10 Indicatornummer: E3 / 11 Indicatornummer: E3 / 12
1 IenM/BSK-2014/237877 € 112.206 € 0 € 0 € 0 Ja
SZW G2 Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 Participatiewet_gemeentedeel 2019 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. Besteding (jaar T) algemene bijstand Gemeente I.1 Participatiewet (PW) Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk) Gemeente I.1 Participatiewet (PW) Besteding (jaar T) IOAW Gemeente I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk) Gemeente I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Besteding (jaar T) IOAZ Gemeente I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk) Gemeente I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 01 Indicatornummer: G2 / 02 Indicatornummer: G2 / 03 Indicatornummer: G2 / 04 Indicatornummer: G2 / 05 Indicatornummer: G2 / 06
€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0 € 0
Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Gemeente I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Gemeente I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk) Gemeente I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Besteding (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet Gemeente I.7 Participatiewet (PW) Baten (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet (excl. Rijk) Gemeente I.7 Participatiewet (PW) Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G2 / 07 Indicatornummer: G2 / 08 Indicatornummer: G2 / 09 Indicatornummer: G2 / 10 Indicatornummer: G2 / 11 Indicatornummer: G2 / 12
€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0 Nee
SZW G2A Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 Participatiewet_totaal 2018 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G2B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G2A) Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T-1) algemene bijstand inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.1 Participatiewet (PW) Baten (jaar T-1) algemene bijstand (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.1 Participatiewet (PW) Besteding (jaar T-1) IOAW inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Baten (jaar T-1) IOAW (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Besteding (jaar T-1) IOAZ inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G2A / 01 Indicatornummer: G2A / 02 Indicatornummer: G2A / 03 Indicatornummer: G2A / 04 Indicatornummer: G2A / 05 Indicatornummer: G2A / 06
1 060622 Gemeente Vlaardingen € 34.219.837 € 723.886 € 1.592.960 € 19.807 € 25.937
Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij indicator G2A / 01 In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Baten (jaar T-1) IOAZ (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Besteding (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Baten (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Baten (jaar T-1) WWIK (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Besteding (jaar T-1) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Participatiewet (PW)
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G2A / 07 Indicatornummer: G2A / 08 Indicatornummer: G2A / 09 Indicatornummer: G2A / 10 Indicatornummer: G2A / 11 Indicatornummer: G2A / 12
1 060622 Gemeente Vlaardingen € 0 € 20.215 € 28.579 € 0 € 98.857
Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij indicator G2A / 01 In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Baten (jaar T-1) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet (excl. Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Participatiewet (PW)
Aard controle n.v.t. Aard controle R
Indicatornummer: G2A / 13 Indicatornummer: G2A / 14
1 060622 Gemeente Vlaardingen € 0
SZW G3 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeentedeel 2019 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 01 Indicatornummer: G3 / 02 Indicatornummer: G3 / 03 Indicatornummer: G3 / 04 Indicatornummer: G3 / 05 Indicatornummer: G3 / 06
€ 0 € 0 € 0 € 0 € 0 € 0
Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G3 / 07 Indicatornummer: G3 / 08 Indicatornummer: G3 / 09
€ 0 € 0 Nee
SZW G3A Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_totaal 2018 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G3B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G3) Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Besteding (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Baten (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Baten (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Besteding (jaar T-1) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G3A / 01 Indicatornummer: G3A / 02 Indicatornummer: G3A / 03 Indicatornummer: G3A / 04 Indicatornummer: G3A / 05 Indicatornummer: G3A / 06
1 060622 Gemeente Vlaardingen € 49.879 € 0 € 34.951 € 0 € 20.440
Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G3A / 01 In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T-1) Bob inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Baten (jaar T-1) Bob (exclusief Rijk) inclusief geldstroom naar openbaar lichaam Besteding (jaar T-1) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 inclusief geldstroom naar openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: G3A / 07 Indicatornummer: G3A / 08 Indicatornummer: G3A / 09 Indicatornummer: G3A / 10
1 060622 Gemeente Vlaardingen € 0 € 0 € 0
VWS H4 Specifieke uitkering Sport Ontvangen Rijksbijdrage (jaar T) Projectnaam / nummer Totale aanvraag per project (jaar T) ten laste van Rijksmiddelen (automatisch berekend) Verrekening (jaar T) Onroerende zaken (sportaccommodaties) per project ten laste van Rijksmiddelen Verrekening (jaar T) Roerende zaken sportbeoefening en sportstimulering per project ten laste van Rijksmiddelen Verrekening (jaar T) overige kosten per project ten laste van Rijksmiddelen
Gemeenten
Aard controle R. Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R
Indicatornummer: H4/ 01 Indicatornummer: H4 / 02 Indicatornummer: H4 / 03 Indicatornummer: H4 / 04 Indicatornummer: H4 / 05 Indicatornummer: H4 / 06
1 € 2.033.498 SPUK/ 633015 € 1.268.769 € 1.074.360 € 46.829 € 147.580
Kopie projectnaam / nummer Totale besteding (Jaar T) per project ten lasten van Rijksmiddelen (automatische berekening) Percentage besteed (Jaar T) per project tenopzichte van aanvraag ten laste van Rijksmiddelen (automatische berekening) Toelichting Overig (Jaar T) ten opzichte van ontvangen Rijksbijdrage - automatisch ingevuld
Hier eventueel opmerkingen of toelichtingen
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: H4 / 07 Indicatornummer: H4 / 08 Indicatornummer: H4 / 09 Indicatornummer: H4 / 10 Indicatornummer: H4 / 11
1 SPUK/ 633015 1268769 62,39% € 764.729