Afgekochte erfpachtcanons
Vlaardingen heeft een grote erfpachtportefeuille met een boekwaarde van ongeveer € 116 miljoen. Een deel van de contracten is afgekocht (vooruitbetaald voor een bepaalde periode). Er zijn vanuit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) twee verschillende methoden die gehanteerd mogen worden om deze vooruitontvangen bedragen te verantwoorden in de balans:
1. De reguliere methode. Hierbij worden de vooruitontvangen bedragen onder de langlopende schulden in de balans gerangschikt. Ieder jaar valt een bedrag vrij in de exploitatie voor het vervallen deel van de afgekochte periode.
2. De financieringsmethode. Hierbij worden de ontvangen afkoopsommen als gerealiseerd beschouwd en in een bestemmingsreserve gestort. De bestemmingsreserve moet hierbij qua omvang gelijke tred houden met de boekwaarde van de betreffende kavels waarvan de canons zijn afgekocht. Er vindt bij deze methode geen jaarlijkse vrijval in de exploitatie plaats. De reserve zou hierdoor namelijk lager worden dan de boekwaarde van de betreffende erfpachtkavels. De bestemmingsreserve is hierdoor beklemd en dus niet vrij besteedbaar en maakt daardoor eveneens geen onderdeel uit van het weerstandsvermogen.
In Vlaardingen hebben we vanaf 2013 een methode gehanteerd die tussen de beide bovenstaande methoden in hangt. We hebben de vooruitontvangen bedragen in een tweetal bestemmingsreserves gestort (methode 2), maar we laten ook elk jaar € 1,4 mln in de exploitatie vrijvallen (methode 1). Deze mix van methoden is niet toegestaan. De financieringsmethode (methode 2) is in Vlaardingen echter onmogelijk. De reserve(s) moet(en) bij deze methode namelijk gelijk zijn aan de boekwaarde van de kavels waarvan de canons zijn afgekocht. Deze boekwaarde bedraagt momenteel bijna € 78 miljoen. De reserves die hier tegen over staan bedroegen op 1 januari 2019 € 35,5 miljoen. Toepassing van het financieringsmodel zou betekenen dat deze bestemmingsreserves opgehoogd moeten worden van € 35,5 naar € 78 miljoen. Dit is financieel niet haalbaar. Een bijkomend gevolg van deze methode is verder dat er een structureel tekort in de meerjarenbegroting zou ontstaan van € 1,4 miljoen per jaar omdat er bij deze methode geen vrijval in de exploitatie meer mag plaats vinden.
We hebben daarom in overleg met onze accountant besloten om de reguliere methode onverkort te gaan toepassen op de verantwoording van de afgekochte erfpachtcanons. Dit betekent dat we de beide bestemmingsreserves per 1 januari 2019 voor in totaal € 35,5 miljoen hebben geherrubriceerd naar de langlopende schulden. Voor de meerjarenbegroting heeft dit geen gevolgen. De jaarlijkse vrijval van € 1,4 miljoen in de exploitatie blijft bij deze methode in stand.
Deze wijziging in de wijze van verantwoording betreft een presentatiekwestie. Materieel gezien verandert er feitelijk niets. De bestemmingsreserves waren al beklemd.